Jongeren identificeren zich graag met jonge, bekende rolmodellen. In ons Haarlemse Heldenstripboek namen we een serie korte portretten op van lokale jonge helden die op weg zijn om hun dromen waar te maken. Zij vertellen waarom wij ze held noemen, welke weg ze hebben afgelegd en wie hun eigen held is.
Eerlijk gezegd is de huidige stervoetballer van AZ geen Haarlemse mug, want hij is geboren in Nieuw-Vennep, voetbalt nu in Alkmaar en woont in Amsterdam, maar het voetballen kreeg hij wel onder de knie in de Spaarnestad. Als klein jongetje werd hij gescout door de HFC Haarlem, waar hij tot hij 10 jaar was, werd klaargestoomd voor een verdere reis door de voetbalwereld. In dat jaar verhuisde hij naar AZ. “In het voorjaar van 2009 zat ik nog bij HFC Haarlem, maar werd rond die tijd aangenomen in de jeugdopleiding van AZ. Dat was wel grappig, want juist in dat jaar werd AZ kampioen van Nederland. Ik herinner me vooral de wedstrijden tegen Arsenal in de Champions League het seizoen erop, als jong mannetje genoot je van dat soort wedstrijden. Ik speel nu in het Nederlands Elftal, maar het begon dus allemaal bij Haarlem.” Geen wonder dat we Calvin met een gerust hart een Haarlemse held mogen noemen.
Niet voor niets bevolkten scouts van allerlei topclubs de tribunes van AZ voordat het coronavirus toesloeg. In elke linie van het elftal lopen toekomstige sterren rond. Of het nu linksback Owen Wijndal is of voorin spits Myron Boadu, ze lijken allemaal een gouden toekomst tegemoet te gaan. Op het middenveld is Calvin een smaakmaker van de buitencategorie. Hij heeft een fijnbesnaarde techniek, een fluwelen balbehandeling, houdt in iedere situatie het overzicht en kan medespelers bedienen met ragfijne steekpasses. Ook is hij in staat om voor zichzelf continu ruimte te creëren. Zijn naam gonst rond bij Ajax dat in het verleden wel vaker spelers van AZ overnam. Maar zijn naam staat ook hoog op de lijstjes van buitenlandse topclubs. Een echte voorkeur heeft hij zelf niet. “Er zijn zoveel mooie clubs, we zien het allemaal wel. Eerst maar eens proberen kampioen te worden met AZ. Dat zou een droom zijn.”
Op het eerste gezicht lijkt die weg geplaveid met goud, maar hij weet ook dat je nooit te vroeg moet juichen. In augustus 2017, hij was pas basisspeler bij AZ, zette een zware blessure een fikse streep door de toekomstplannen van het toen 18-jarige talent. In een wedstrijd tegen PSV scheurde de kruisband van zijn rechterknie finaal af en moest hij per brancard van het veld. Pas na een herstelperiode van veertien maanden maakte hij z’n terugkeer op het veld. Dus hij weet als geen ander hoe betrekkelijk het voetballen is. Sindsdien gaat het weer opwaarts met de middenvelder met als voorlopig hoogtepunt zijn uitverkiezing voor het Nederlands elftal. Op 19 november 2019 mocht hij in de basis starten tegen Estland, een kwalificatiewedstrijd voor het komende EK. Er werd met 5-0 gewonnen en Calvin mocht de volle negentig minuten op het veld blijven staan van bondscoach Ronald Koeman. Calvin wordt overigens niet alleen langs het veld omringd door grote namen, de vader van zijn vriendin Beau is niemand minder dan Frank de Boer, die ongetwijfeld nog wel wat tips heeft voor zijn toekomstige schoonzoon.
Calvin hoeft niet lang na te denken als hem gevraagd wordt naar zijn idool. Die vindt hij in zijn eigen familie. “Mijn opa is mijn held. Omdat hij er altijd voor me was, en omdat hij me altijd en overal naartoe heeft gebracht met voetbal. Niets was te gek voor hem. Bovendien heeft hij me altijd gesteund, in goede en slechte tijden. Daar ben ik hem heel dankbaar voor.”
Mijn opa was er altijd voor mij.
In het Heldenstripboek bundelden we de Helden portrettenserie en 54 stripverhalen van 56 jonge tekenaars (10-16jr). De tekenaars tekenden hun held en door alle werken op te nemen in een stripboek, maken wij van de tekenaars zelf ook een beetje helden. Doet u mee? U kunt het stripboek voor € 15,- bestellen via Nieuwe Gracht Producties die het belangeloos produceerde. De opbrengst gaat volledig naar ons fonds.
Lees ook de verhalen van rolmodellen Mandy Dollart, Hanna Obbeek, Achmed Salem en Ralph Moerman
Jongeren identificeren zich gemakkelijker met jonge rolmodellen. Ze leren van hen o.a. dat gaan voor je passie en doorzetten, loont. Tijdens de wat soberdere feestdagen, is het heerlijk om over helden te lezen. In het Haarlemse Heldenstripboek hebben we korte portretten opgenomen van sport- en cultuurhelden als danseres Mandy Dollart, voetbalinternational Calvin Stengs, actrice Hanna Obbeek, kickbokser Achmed Salem en acteur/zanger Ralph Moerman. ‘Lokale’ jongeren die hard op weg zijn om hun dromen waar te maken.
Omdat al haar vriendinnen uit Schalkwijk op dansen zaten, ging de toen 7-jarige Mandy eens mee om te kijken. Al snel deed ze zelf ook mee. “Ik vond het meteen leuk, maar merkte pas dat ik wel talent had toen ik na een jaar naar de selectie mocht en mensen me complimenteerden met mijn skills.” Dat motiveerde nog meer. Mandy bleef dansen. In 2019 won ze als 14-jarige samen met haar duo-partner Zania (rechts op foto) het Nederlands Kampioenschap streetdance/hiphop. Het team, waarin ze eveneens danst, werd tweede. Tijdens het WK werd ze met Zania derde en belandde ze solo ook nog in de top vijftien van Europa. Mandy danste al in een professionele videoclip en wordt gevraagd voor evenementen en feesten.
De dingen die tegenvallen zijn dat ze goed moet opwarmen en dat ze aan krachttraining moet doen om haar bewegingen mooi en strak te kunnen maken. “Mijn trainster helpt me, maar of je beter wil worden en de discipline kunt opbrengen, ligt natuurlijk bij jezelf. Omdat ik op hoog niveau train moet ik dingen laten. In mijn drukke weekenden train ik en speel ik vaak een wedstrijd. Na school heb ik meestal geen tijd om leuke dingen met mijn vriendinnen te doen. Maar dansen betekent heel veel voor mij. Ik bereik mensen ermee, omdat ze het leuk vinden wat ik doe. Ik breng een vibe naar de mensen. Ik wil altijd blijven dansen omdat het gewoon mijn passie is en omdat ik al m’n gevoelens erin kwijt kan. Ik word al heel blij en energiek van het idee dat ik mag dansen. Als ik dans, voel ik me helemaal goed.”
“Ik wil nog heel graag in videoclips en misschien wel in grote tv-producties dansen. En natuurlijk wil ik heel graag weer naar het WK.”
Als ik dans, voel ik me helemaal goed.
“Parris Goebel, omdat ik al sinds ik met dansen begon naar al haar dansvideo’s kijk. Vroeger deed ik haar passen na. Ze doet precies wat ik wil doen. Veel van haar eigen teams dansen op het WK. Ze maakt videoclips voor anderen en wordt ook gevraagd om in clips te dansen. Ze is mijn voorbeeld.”
In het Heldenstripboek bundelden we de rolmodellen portretserie en 54 stripverhalen van 56 jonge tekenaars (10-16jr). De tekenaars tekenden hun held en door alle werken op te nemen in een stripboek, maken wij van de tekenaars zelf ook een beetje helden. Doet u mee? U kunt het stripboek voor € 15,- bestellen via Nieuwe Gracht Producties die het belangeloos produceerde. De opbrengst gaat volledig naar ons fonds.
Lees ook de verhalen van rolmodellen Calvin Stengs, Hanna Obbeek, Achmed Salem en Ralph Moerman
“Alle kinderen moeten mee kunnen doen aan sport en cultuur. Dat staat bij de provincie Gelderland voorop en dat is de voornaamste reden waarom we Jeugdfonds Sport & Cultuur al sinds de start financieel ondersteunen.” Jan Markink, gedeputeerde Sport van de provincie Gelderland, is zeer positief over het fonds. “Graag feliciteer ik iedereen die zich voor Jeugdfonds Sport & Cultuur Gelderland inzet, met het tienjarig jubileum. In het bijzonder de vele trouwe vrijwilligers, die zijn onmisbaar bij een fonds als dit.”
De gedeputeerde is trots op de gezamenlijke inspanning die de afgelopen tien jaar is geleverd. “In die periode heeft het Jeugdfonds meer dan 13.000 kinderen kunnen helpen, dat is een geweldige prestatie. Het is zo belangrijk voor de algemene ontwikkeling van die kinderen dat ze op deze manier meedoen, ze hebben er de rest van hun leven profijt van. Bij sport- of cultuurles leer je zoveel extra, zoals hoe je opereert in een groep. Dat je op tijd moet zijn en dat er spelregels zijn waaraan je je moet houden. Uiteindelijk doen kinderen hier vaardigheden op die belangrijk zijn voor hun hele school- en maatschappelijke carrière.”
Bijdragen aan het fonds was tien jaar geleden een wens van de Gelderse Staten. En het sloot heel goed aan bij het sportbeleid van de provincie aldus Jan Markink. “Het is mooi om te zien dat het fonds in de afgelopen tien jaar verder is geprofessionaliseerd en dat het meer body heeft gekregen. Inmiddels zijn er meer dan dertig gemeenten actief met het Jeugdfonds. Dat is een mooie vooruitgang. Er zijn ook gemeenten die werken met eigen initiatieven of die samen werken met andere stichtingen die zich inzetten voor kinderen, sport, cultuur of armoedebestrijding.”
De wereldwijde pandemie overschaduwt het jubileum van het Jeugdfonds Sport & Cultuur Gelderland en ook in Gelderland is de invloed van de heersende coronacrisis merkbaar. “Met de Gelderse impactmonitor brengen we de gevolgen van het coronavirus in beeld,” vertelt Jan Markink. “We zien dat de mensen met de laagstbetaalde banen het meest de dupe zijn van de crisis. Bij veel van deze gezinnen lag armoede al op de loer. Door de coronacrisis is het JFSC misschien wel meer dan ooit een noodzaak in Gelderland.”
Of de gedeputeerde nog wensen heeft voor de toekomst? “Het liefst zou je willen dat het Jeugdfonds niet meer nodig is, maar dat is niet reëel. Ouders die het wel nodig hebben, roep ik op om gebruik te maken van het fonds. Het is belangrijk dat zij weten dat het aanvragen heel laagdrempelig is. Dat ze geen papierwinkel hoeven in te vullen en geen inkomensgegevens hoeven te geven. Doe het dus, want het is een schitterende kans voor uw kind! Tegelijk vraag ik sportverenigingen om samen te werken met het Jeugdfonds en dit zo in te richten dat de privacy van ouders en kinderen goed is beschermd. De drempel om hulp te vragen is soms hoog en daar moeten clubs en gemeenten bij helpen.”
Jan Markink hoopt verder dat meer gemeenten mee gaan doen. “Het zou mooi zijn als we naar veertig Gelderse gemeenten groeien die het Jeugdfonds ondersteunen. Voor het armoedebeleid van de gemeente biedt dit voordelen. Wij zien bijvoorbeeld dat gezinnen als geheel opleven als hun kinderen meedoen aan sport en cultuur. De sociaal neerwaartse spiraal wordt gestopt. Sporten is direct van invloed op de sociale problematiek en op de lange termijn op armoede. Want kinderen die zich kunnen uitleven in sport of cultuur ontwikkelen vaardigheden voor de toekomst.”
In de rubriek ‘Wie zijn onze intermediairs’ stellen wij de toppers van JFSC Gelderland voor, aan de hand van korte vragen. Dit keer Stijn Brokx.
Ik ben 29 jaar oud en ongeveer 6,5 jaar in dienst bij Welzijn West Betuwe. In mijn dagelijks leven ben ik drie dagen per week op het voetbalveld te vinden. Naast dat ik zelf mijn kunsten mag vertonen op het veld, ben ik al 14 jaar trainer van diverse selectieteams. Tijdens de ‘coronastop’ heb ik Padel ontdekt, een fantastisch snel en tactisch spel in de racketsport. In mijn werkzame leven ben ik actief als coördinator van de buurtsportcoaches en cultuurcoaches bij Welzijn West Betuwe. Als projectleider houd ik me ook bezig met een jongerenproject binnen West Betuwe en ben ik Lokaal Aanspreekpunt voor het Jeugdfonds Sport & Cultuur.
Vanuit mijn functie als buurtsportcoach zie ik veel kinderen van gezinnen in West Betuwe. Dus een signaleringsfunctie als intermediair/LAP van het Jeugdfonds kan daarin waardevol zijn. Daarnaast is één van de doelstellingen als buurtsportcoach om sporten mogelijk te maken voor iedereen in de gemeente West Betuwe. Hoe mooi is het dan om met een jeugdfonds-aanvraag kinderen te kunnen laten sporten bij lokale verenigingen?
In mijn ogen verdienen alle kinderen de kans om mee te doen aan sport en cultuur in Nederland. Door een relatief simpele handeling maakt het Jeugdfonds dit mogelijk. Ik zie vaak een last van het gezin afvallen door de vergoeding die Jeugdfonds Sport & Cultuur kan bieden.
Allereerst de gezondheidsfactor die sport en cultuur met zich meebrengt, want bewegen en actief zijn is gewoon gezond. Daarnaast vind ik vooral de sociale component enorm waardevol. Sportverenigingen en cultuuraanbieders zijn de voedingsbodem voor sociale contacten en het leren ontdekken van je omgeving.
Ik heb eens een alleenstaande moeder geholpen met een aanvraag voor haar zoon. Zij zag door de bomen het bos niet meer en was erg opgelucht toen ik vertelde wat er allemaal mogelijk was door Jeugdfonds Sport & Cultuur. Nadat alles geregeld was ging haar zoon sporten bij een lokale vereniging. Ik kreeg nog een foto doorgestuurd van haar zoon in actie tijdens het sporten…het plezier straalde er vanaf!
Zoek de samenwerking met zorgprofessionals die ook iets kunnen betekenen voor het gezin, wanneer je een ‘niet pluis’ gevoel hebt overgehouden aan een gesprek. Ik heb al meerdere keren meegemaakt dat we het gezin ook op andere vlakken hebben kunnen helpen, doordat we naar aanleiding van een Jeugdfondsaanvraag aan de bel hebben getrokken.
Ik hoop dat we in West Betuwe ook een mogelijkheid creëren om een volwassenfonds in het leven te roepen. Ik zie veel gevallen die vanaf hun 18e jaar moeten stoppen met de beoefening van sport en cultuur, omdat het Jeugdfonds geen bijdrage meer levert vanaf die leeftijd in West Betuwe.
Ook intermediair worden? Lees meer en meld je aan:
In de rubriek ‘Wie zijn onze intermediairs’ stellen wij de toppers van Jeugdfonds Sport & Cultuur Gelderland voor, aan de hand van korte vragen. Dit keer Mitchel Hammadi.
Ik werk sinds mei 2019 als buurtsportcoach jongeren Voorgezet Onderwijs en als jongerenwerker voor gemeente Winterswijk. Daarnaast ben ik als intermediair en contactpersoon verbonden aan het Jeugdfonds Sport & Cultuur.
Tijdens mijn werkzaamheden kom ik met veel jongeren in aanraking. Elk jongere heeft een eigen verhaal en eigen achtergrond. Door het vele contact kan ik gelukkig vaak een vertrouwensband opbouwen. Ook bij het organiseren van sportactiviteiten is er veel contact en veel gesprekken. Het valt mij hierbij op dat helaas veel jongeren niet in staat zijn te sporten, simpelweg omdat er in het gezin geen toereikende financiële middelen zijn. Dit vind ik enorm jammer, omdat sport en culturele activiteiten voor ieder kind toegankelijk en mogelijk moet zijn. Jongeren halen hier enorm veel plezier uit, het is uiteraard goed voor je gezondheid (zowel fysiek als geestelijk) en ook het sociale aspect is belangrijk. Ik vind het fijn om intermediair te zijn.
Het Jeugdfonds is laagdrempelig en duidelijk. Het is enorm fijn dat er een instantie is die zich voor dit soort dingen inzet. Er zijn veel kinderen en jongeren in Nederland afkomstig uit gezinnen waarbij de financiën een struikelblok zijn. Meer dan wij denken. Het Jeugdfonds Sport & Cultuur zorgt ervoor dat deze kinderen en jongeren zich kunnen blijven ontwikkelen en ook vrienden en vriendinnen kunnen maken.
Het is natuurlijk cliché om te zeggen dat elke inschrijving een mooi moment is. Dit is wel zo! Maar om er dan toch één te kiezen; onlangs ben ik bijna drie maanden bezig geweest met een jongen. Hij wilde dolgraag fitnessen, want het zou hem helpen met zijn zelfvertrouwen. Ik stuitte op weerstand van de sportschool waar hij wilde sporten, omdat het voor hen niet duidelijk was hoe de regeling met het JFSC in elkaar zat. Het duurde dus even, maar kort geleden is er dan toch een akkoord gekomen. De desbetreffende jongen heeft mij op Instagram wel 15 berichtjes gestuurd met hoe dankbaar hij is. Dat gaf mij een warm en gewaardeerd gevoel.
Maak het Jeugdfonds Sport & Cultuur nog bekender. Ik krijg vaak de vraag van verenigingen of ik kan meedenken over manieren waarop jongeren kunnen sporten die het eigenlijk niet kunnen betalen. Wanneer ik ze uitleg dat het JFSC er is voor dit soort situaties, geven ze aan dat ze het nog niet kenden. Daarnaast zijn er veel kinderen en jongeren die in de verborgen armoede zitten. Hier valt veel winst te behalen. Probeer deze jongeren boven water te krijgen en ga laagdrempelig te werk. Schaamte is ook een belangrijk knelpunt hierin. Wees warm, open en oprecht!
Uiteraard is het wishfull thinking, maar het zou geweldig zijn als er ongelimiteerde fondsen zijn voor het Jeugdfonds. Dan zouden we zoveel mogelijk kinderen kunnen helpen. Laten we proberen om de schaamte weg te nemen, het kan namelijk de besten overkomen! Het zou toch fantastisch zijn dat het mogelijk is voor elk kind in Nederland om te sporten? Of deel te nemen aan culturele activiteiten? Ik geloof er zeker in!
Ook intermediair worden? Lees meer en meld je aan:
In de rubriek ‘Wie zijn onze intermediairs’ stellen wij de toppers van JFSC Gelderland voor, aan de hand van korte vragen. Dit keer Marloes Bottenberg.
Ik werk als beschermingsbewindvoerder. Sinds 2018 ben ik werkzaam als intermediair voor het Jeugdfonds Sport & Cultuur.
Ik zie dagelijks het effect van schulden op zowel ouders als hun kinderen. Kinderen trekken hierbij eigenlijk altijd aan het kortste eind. Zij kunnen er niets aan doen dat hun ouders in die situatie verkeren, maar worden er wel steeds mee geconfronteerd. Ik hoor wel eens dat kinderen een verjaardag overslaan, geen goede fiets hebben of zeggen dat ze ook een geweldige vakantie hebben gehad, terwijl dit niet het geval was. Kinderen in armoede vragen al snel niet meer om een (dure) sport. “Daar is toch geen geld voor”, hoor ik kinderen regelmatig zeggen. Schrijnend vind ik dat en ik hoop als intermediair deze kinderen aan JFSC te koppelen, omdat ik vind dat ieder kind moet kunnen sporten.
Sport is zo veel meer dan een balletje slaan of schoppen. Een kind wordt onderdeel van een team, groep of vereniging en hoort ergens bij. We beseffen niet altijd dat dit een gevoel is wat veel kinderen in armoede niet kennen, er bij horen en mee mogen doen.
Oh dat zijn er erg veel, maar één kind schiet er wel uit. Tom, een jongen van 8 jaar oud. Toen ik met hem en zijn ouders kennismaakte, was hij erg stil en onzeker. Zijn ouders leefden in armoede en Tom daardoor ook. Door de situatie plaatste Tom zichzelf op de achtergrond en vroeg niet of hij op judo mocht. Zijn klasgenoten deden wel aan judo en Tom vertelde mij dat hij wel eens jaloers op hen was. Dit raakte mij enorm. Dankzij het JFSC zit Tom nu ook op judo!
Probeer in jouw omgeving de sport -en cultuur verenigingen ook te vertellen over JFSC. Ik zie in de praktijk dat bedrijven hier nog te vaak niet van op de hoogte zijn. Een gemiste kans. Als intermediair kunnen wij hierin ook ondersteunen en uitleggen hoe het JFSC werkt.
Dat ieder kind de ruimte krijgt om zichzelf te ontwikkelen in een sport of culturele activiteit. Ook hoop ik dat de sport- en cultuurverenigingen actief hun (potentiële) deelnemers gaan informeren over de mogelijkheden van het JFSC. Ik zou bijvoorbeeld het liefst banners willen zien bij de voetbalvelden en sporthallen: ‘Ieder kind mag hier komen sporten’.
Thomas komt uit een sportief gezin. “Mijn broer heeft vroeger veel gehockeyed en mijn vader heeft veel gevoetbald en getennist. Ook nu nog zijn mijn ouders sportief en doen veel aan golf. “Mijn ouders zijn wel belangrijk geweest,” vertelt Thomas. “Ze hebben me altijd gesteund in wat ik wilde doen. Nog steeds stimuleren ze me om het beste uit mezelf te halen en hard te blijven werken. Dat heeft zeker bijgedragen aan waar ik nu sta.”
Al vanaf de amateurclub in Heiloo droomde Thomas van een voetbalcarrière. Thomas is nu 23 jaar en heeft inmiddels al 115 wedstrijden voor AZ mogen voetballen. Hoe ik de toekomst zie? “Het lijkt mij fantastisch om over een tijdje als basisspeler voor een mooie club in Duitsland of Italië te mogen spelen. Die manier van voetballen daar spreekt me enorm aan. Hard werken en niet klagen, dat past wel bij mij.”
Mijn ultieme droom? “Ja dat is toch wel uitkomen voor het Nederlands Elftal,” vervolgt Thomas. “Ik heb veel wedstrijden voor Jong Oranje gespeeld. Dat waren mooie ervaringen. Het oranje shirt aan mogen doen is toch wel de kers op de taart. Maar zover is het nog niet, eerst aan mezelf blijven werken!”
Thomas is ambassadeur van ons fonds. “Toen ik benaderd werd om ambassadeur te worden ben ik me gaan verdiepen in wat het Jeugdfonds Sport & Cultuur doet. Een op de negen kinderen in Nederland die niet kunnen sporten wegens geldgebrek, dat zijn serieuze cijfers. En dan hebben we het nog niet over de impact van de corona crisis. Ik was geraakt door het feit dat er zoveel kinderen zijn die eigenlijk niet mee kunnen doen aan sport of cultuur. Ik ben zelf opgegroeid in een omgeving waar er voldoende geld was om te sporten. Ook mijn vriendjes konden allemaal gewoon sporten. Als ik zie wat sporten mij als kind heeft geleerd en de energie die ik er zelf in kwijt kan. Dat mag je als kind toch niet missen? Buiten dat is sporten een belangrijke voorwaarde van een goede gezondheid. Dat gun je iedereen.”
“Wat ik hoop te bereiken als ambassadeur? Ik hoop ik kan bijdragen dat nog meer kinderen die het nodig hebben worden aangemeld bij het Jeugdfonds Sport & Cultuur. Sporten geeft zo veel plezier. Vooral bij teamsporten doe je mooie vriendschappen op. Mijn twee beste vrienden heb ik destijds bij de amateurclub in Heiloo leren kennen. Zulke vriendschappen zijn onbetaalbaar!”
“Het leek me onwijs tof om piano te leren spelen. Begin dit jaar heb ik voor mezelf een keyboardje gekocht. Maar dat is toch moeilijker dan ik dacht. Ik houd het nu maar bij muziek luisteren”, lacht Thomas.
Instagram: @thomasouwejan
Facebook: @thomasouwejan
Inmiddels is het bijna vanzelfsprekend dat Jeugdfonds Sport & Cultuur Gelderland jaarlijks duizenden kinderen helpt. Maar tien jaar geleden begon Petra Schipper van Gelderse Sport Federatie vanaf nul. Bijna niemand kende het fonds en de werkwijze. “Het was hard werken en leuren, maar dat had ik er graag voor over. Ik wilde zoveel mogelijk kinderen helpen.”
De provincie Gelderland nam in 2010 het initiatief om iets te gaan doen voor gezinnen met een smalle beurs. Jeugdfonds Sport was toen landelijk net in opkomst en wilde graag provinciale fondsen starten. Al snel werd besloten daarbij aan te sluiten. De Gelderse Sport Federatie kreeg de opdracht dat op te zetten. “We zijn begonnen met een presentatie voor potentiële bestuursleden,” vertelt Petra Schipper, “en gelukkig zeiden daar een aantal mensen dat ze wel het Stichtingsbestuur wilden vormen. Onder andere Ap Lammers, die als eerste penningmeester veel werk verzet heeft.”
Daarna begon het zendingswerk richting gemeenten. Want de provincie subsidieert (nog altijd) de organisatie, maar het geld voor de kinderen moest van gemeenten en sponsoren komen. “Onze eerste uitdaging was de juiste mensen te vinden. Wij hadden contacten met beleidsmedewerkers sport, maar daar viel dit helemaal niet onder. Gelukkig waren er al snel twee gemeenten die aanhaakten, Renkum en Montferland.” Ze herinnert zich de ondertekening in Renkum. “Puur toevallig was de voorzitter van het landelijk fonds, Johan Wakkie, in het gemeentehuis voor iets totaal anders. Hij kwam binnenlopen en heeft de gemeente nog eens extra bedankt dat zij als koploper aansloten. Dat soort dingen is belangrijk voor het draagvlak. Dan wordt het ook makkelijker om met nieuwe gemeenten te praten. Na een jaar kwam de doorbraak en sloten in een keer veel gemeenten aan.”
Voor gemeenten was de werkwijze van het JFSC wennen. Petra: “Veel ambtenaren waren gewend te werken vanuit regelgeving en controle. En toen kwamen wij met een systeem dat gebaseerd is op vertrouwen. Waarin we zeggen: intermediairs zijn professionals die de gezinnen kennen, zij kunnen inschatten of de mensen de steun echt nodig hebben. En wat is nou het ergste wat er kan gebeuren? Dat een kind sport! Want het geld gaat rechtstreeks naar de verenigingen, dus het kan niet misbruikt worden. En we controleren wel of de kinderen blijven sporten. De methodiek van JFSC is fantastisch, het houdt het laagdrempelig voor mensen die het toch al moeilijk hebben.”
“Belangrijk is ook dat we kijken naar wat mensen te besteden hebben, niet alleen naar het bruto-inkomen,” benadrukt Petra. “Want je kunt twee inkomens hebben, maar door schulden of dubbele woonlasten alsnog nergens geld voor hebben. En daar kunnen de kinderen in zo’n huishouden helemaal niets aan doen! Daar gaat het om: kinderen moeten gewoon kunnen meedoen. Als je geen geld hebt kom je in een isolement, je kunt nergens naartoe. Dat hebben we net met corona allemaal twee maanden meegemaakt. Moet je je voorstellen dat dat jaren duurt! Dat is verschrikkelijk voor kinderen, en wij kunnen ze helpen.”
Met de bijdrage wil het JFSC ouders ook een steuntje in de rug geven. “Het is klein en eenvoudig, maar het zorgt ervoor dat ouders zich in ieder geval over de sport of cultuur van hun kind geen zorgen hoeven maken. Dat geeft een beetje rust. Dus tegen ouders zou ik willen zeggen: vraag het aan! Behalve de intermediair en de penningmeester van de club is er ook niemand die ervan weet, dus de kinderen kunnen onbezorgd aan sport en cultuur doen. Laat ons je helpen!”
In de eerste jaren was het beschikbare budget voor kinderen vaak snel op. “Gemeenten begonnen met vijf of tien plekken. Het mooie is dat zodra ze zien dat het echt werkt, ze tussentijds opschalen, soms zelfs binnen het lopende jaar. Daardoor konden we al snel meer kinderen gaan helpen. Het is supercool om te zien dat we met niets begonnen en dat er nu een serieus fonds staat, waar inmiddels 30 gemeenten bij zijn aangesloten. Dat is ook dubbel, want het liefst wil je dat JFSC niet meer nodig is. Maar de realiteit is dat we juist meer dan ooit nodig zijn, en dan wil je zoveel mogelijk kinderen bereiken. Ik hoop dan ook dat steeds meer mensen het net zo gewoon gaan vinden om te doneren aan JFSC als aan bijvoorbeeld Kika. En dat meer gemeenten zich aansluiten. Er zijn nog altijd gezinnen die tussen regelingen in vallen, JFSC is dan een vangnet. Een kind dat aan sport of cultuur doet, hoort ergens bij en leert samenwerken. Zo help je ze een belangrijke stap vooruit!”
De buurtsportcoaches van bv SPORT zijn nauw betrokken bij het Jeugdfonds Sport Friesland. Als ambassadeur van sport en bewegen, leggen ze de verbinding tussen kinderen, school, ouders, de sportvereniging en de gemeente. Als zodanig zijn ze intermediair voor dit fonds en proberen ze daar waar dat nodig is, kinderen te laten sporten met hulp van dit fonds.
In iedere klas zitten gemiddeld 2 á 3 kinderen die opgroeien in een gezin dat moeite heeft de eindjes aan elkaar te knopen. Zij kunnen niet meedoen aan activiteiten die voor klasgenootjes vanzelfsprekend zijn. Hun ouders kunnen de contributie of lesgeld niet betalen. En dat terwijl het enorm belangrijk is voor kinderen om een uitlaatklep te hebben. Het Jeugdfonds Sport helpt! Zij betalen voor kinderen en jongeren uit gezinnen met weinig geld de contributie of het lesgeld en eventueel de benodigde attributen.
Onze buurtsportcoaches zijn als professional de verbindende schakel die ervoor zorgen dat alle kinderen dezelfde kansen krijgen. Als intermediair kunnen ze snel online een aanvraag bij het fonds indienen zodat een kind mee kan doen. En of kinderen willen voetballen, kiezen voor hockey of voor hiphop, maakt niet uit. Na goedkeuring van de aanvraag, meestal binnen 3 weken, wordt de contributie of het lesgeld direct aan de club overgemaakt.
Een goed voorbeeld hiervan weet buurtsportcoach Elske Tolsma, actief in de noordelijke dorpen van de gemeente Leeuwarden, te schetsen. Ze vertelt betrokken te zijn (geweest) bij een aanvraag voor een meisje uit groep 7. Bij een controle door de jeugdarts van GGD Fryslân bleek dat het betreffende meisje een te hoog BMI had. De jeugdarts was ook betrokken bij het project Move en heeft haar hier naar doorverwezen.
Dit project is een samenwerking tussen Fysio Stiens, GGD Fryslân, een diëtist en de buurtsportcoach en is bedoeld voor kinderen met overgewicht. De kinderen worden 10 weken lang, 2x per week begeleidt om een betere leefstijl te verkrijgen. Ze sporten 2x in de week en krijgen tips over gezonde voeding. Na deze periode worden de gezinnen nog 2 jaar op afstand begeleid en worden de deelnemers nog 3 keer getest op hun BMI (na een half jaar, een jaar en na 2 jaar).
Als onderdeel van deze gecombineerde leefstijlinterventie biedt de buurtsportcoach begeleiding om de kinderen structureel aan te laten sluiten bij een sport- en beweegaanbieder mochten ze dat nog niet zijn. In dat geval wordt ook gekeken naar de financiële situatie van het gezin om in te schatten of er een beroep gedaan kan/moet worden op het Jeugdfonds Sport Friesland.
In de gesprekken die Elske had met het gezin en het meisje, bleek dat het meisje voorheen aan wedstrijdzwemmen had gedaan. Nu deed ze niet meer aan sport omdat ze wedstrijdzwemmen niet meer zo leuk vond en omdat, naast een lidmaatschap bij Showband Takostu Stiens (net als haar vriendinnen) een sportlidmaatschap er wegens de financiële en gezinssituatie eigenlijk niet meer in zat. En hoewel ze niet zo goed wist welke sport goed bij haar paste, werd ook duidelijk dat het meisje heel graag een aantal proeflessen judo (en paardrijden) wilde doen maar dat de financiële huishouding en het feit dat haar vader, die geen onderdeel meer uitmaakt van het gezin, niet in staat was om financieel extra bij te dragen, dat niet toelieten.
In overleg met Elske zijn de mogelijkheden van het Jeugdfonds Sport bekeken en is, mede vanwege praktische redenen, gekozen voor judo want in tegenstelling tot paardrijden kon dat in het eigen dorp beoefend worden waardoor ze er zelfstandig naar toe kon.
Toen gedurende de proeflessen bleek dat judo heel leuk was, heeft Elske namens het gezin een definitieve aanvraag bij het Jeugdfonds Sport Friesland gedaan. Met succes want het betreffende meisje is lid geworden van de judovereniging in Stiens en is inmiddels in het bezit van de groene slip en hard op weg naar het behalen van de gele band! Volgend schooljaar wil ze van één training per week naar twee gaan, ook omdat ze dan aan wedstrijden mee kan gaan doen.
Ook moeder is heel blij dat het Jeugdfonds Sport Friesland er is want ze ziet haar dochter opbloeien, weerbaarder en gezonder worden. Het meisje heeft niet alleen een veel betere conditie gekregen, ze heeft ook minder vetpercentage en meer spiermassa gekregen. Dit is ook gebleken uit de vervolgtesten bij Move.
Een aanvraag doen is volgens Elske een kleine moeite, maar daarmee maken zij en haar collega’s een groot verschil in het leven van een kind!
In de rubriek ‘Wie zijn onze intermediairs’ stellen wij de toppers van Jeugdfonds Sport & Cultuur Gelderland voor, aan de hand van korte vragen. Dit keer Maritha van Huizen.
Ik ben werkzaam bij Zorgdat, welzijnsorganisatie in Harderwijk. Daar ben ik onder andere sociaal werker informele zorg en trainer van de methodiek ‘geluksgericht werken’. Daarnaast ben ik aanspreekpunt voor het Jeugdfonds Sport en Cultuur in Harderwijk en aanspreekpunt voor volwassenen met vragen over sport. Voorheen was ik buurtsportcoach in de wijk en daardoor ken ik het professionele werkveld rondom jeugd goed.
Allereerst natuurlijk: alle kinderen moeten mee kunnen doen! Er zijn zo ontzettend veel redenen waarom ouders hun kinderen niet kunnen laten meedoen aan sport of cultuur. Als intermediair is het zo belangrijk om verder te kijken dan je neus lang is. Om iemand echt goed te horen en niet zomaar te oordelen. Als sociaal werker en als welzijnsorganisatie kom je veel situaties tegen waarbij mensen (hulp)vragen hebben, signalen afgeven. We zitten midden in het netwerk welzijn, signaleren goed en veel en zijn makkelijk toegankelijk. Het mooie bij JFSC is ook dat ze ruimte geven voor ‘verder kijken dan de getallen’. Soms vallen mensen doordat ze net te veel verdienen buiten alle regelingen, maar houden ze bijvoorbeeld door hoge zorgkosten veel minder over dan mensen die net iets minder verdienen en veel vergoed krijgen.
Dat kinderen mee moeten kunnen doen staat voorop. Niet omdat het alleen maar leuk is, maar ook omdat het belangrijk is! Het brein, je talenten, de sociale ontwikkeling, de motorische ontwikkeling, wereldwijs worden. Er zijn zoveel belangrijke aspecten aan meedoen bij sport en cultuur!
Reacties als deze (een sms van een ouder): “Jij super bedankt voor het niet gelijk wegwuiven van de aanvraag nadat mijn salaris toch boven de norm is. Daar zijn er weinig die de situatie zo bekijken. Nogmaals enorm bedankt hiervoor.“
Het is zo belangrijk om ouders echt te horen. Vraag hoe het gaat. Laat merken dat je naast ze staat. Inkomen, schulden of zorgen op tafel leggen is niet niks en moeten ze vaak al zo vaak bij zo veel verschillende mensen blootgeven. Wees wel altijd eerlijk als je iets niet snapt of uit wil zoeken. Maar de manier waarop je dit vraagt of zegt maakt zo’n verschil! Durf ook jezelf kwetsbaar op te stellen, dat geeft ruimte voor openheid van beide kanten. En: kijk breder mee dan alleen JFSC. Hebben ouders nog meer nodig? Hoor/zie ze goed dus.
Ook intermediair worden? Lees meer en meld je aan:
kinderen en jongeren werden in 2023 via ons lid van een club
kinderen en jongeren werden in 2023 via ons lid van een sportclub.
kinderen en jongeren werden in 2023 via ons lid van een cultuurclub.
uitgegeven sport- en cultuurattributen in 2023.