Nieuws

Club van het Jaar, winnaar van het Grote Appeltje van Oranje, Coach van het jaar. Aan alle kanten was er de laatste jaren erkenning voor de Haarlemse club Triple ThreaT. De tweelingbroers Philip en Dominique Schemmekes zijn er apetrots op. “Dit voelt als erkenning voor iedereen die al jaren hart en ziel stopt in deze club. Het is ook veel meer dan een vereniging. Het is een positieve lifestyle community, voor en door jongeren. Sport, en allerlei andere initiatieven worden hier gebruikt om hen te ontwikkelen. Bijna 700 jongeren uit de achterstandswijk ontdekken hier hun passie en kracht. En dat in een warme, positieve omgeving. Raad eens? Dat werkt!”

Triple ThreaT - Een rolmodel kan het verschil makenDe broers groeiden op in de Haarlemse wijk Schalkwijk. Philip Schemmekes: “Ghanese moeder, Nederlandse vader en een jongere zus. Mijn ouders gescheiden, geen vetpot thuis. We hadden het niet breed en we waren veel buiten te vinden.” Dominique vult aan: “We waren al vroeg zelfstandig. We deden ons eigen ding om minder druk op het thuisfront te leggen. De straat was onze plek en we lieten ons inspireren door andere, oudere gasten. Eerlijk gezegd waren dat niet de beste voorbeelden. Ik maakte verkeerde keuzes, kreeg een naam en ging me daar ook naar gedragen. Succes bestaat uit andere dingen dan waar ik toen mee bezig was.” Philip kijkt ook met gemengde gevoelens terug op die periode. “De makkelijkste weg kiezen is niet altijd de slimste, weet ik nu. Maar je zit in een cirkeltje en het is niet eenvoudig om daar uit te stappen. We hadden een aantal verkeerde vrienden, hulpverlening kwam eraan te pas, politie… Gelukkig kwamen we toen in aanraking met sport, in ons geval basketbal, en dat veranderde ons leven.” Dominique zegt het heel stellig: “Basketbal is mijn redding geweest!”

Succes komt niet aanwaaien

“Rolmodellen zijn essentieel. Net als mensen die in je geloven en je het vertrouwen geven. Anderen die je laten zien dat je een keuze hebt. Dat je ook een andere route in kunt slaan.” Philip is ervan overtuigd dat een goed voorbeeld anderen kan inspireren. “Ik heb bijvoorbeeld heel veel gehad aan een coach die me leerde dat, als je iets wilt bereiken, je er ook iets voor moet doen. Succes komt niet aanwaaien. Ik wilde bijvoorbeeld echt heel graag prof basketballer worden in de NBA, in Amerika. Dat was mijn droom. Maar dat vraagt drie dingen; je school op orde hebben, anders word je niet aangenomen op een college. Je moet deugen want je hebt referenties nodig. Dus dat vroeg om een gedragsverandering. Ik moest een goed mens worden. En als laatste moest ik harder werken dan de rest want waarom zouden Amerikaanse clubs me anders uit Nederland halen? Die droom was een goede drijfveer om mijn leven aan te pakken.”

Ik kreeg perspectief

Dominique ging ook basketballen en bleek eveneens een talent. “Die sport is zo goed voor mij geweest. Ik ging daar zo in op dat ik geen tijd meer had om rottigheid uit te halen. Door op het veld te staan, te trainen, te spelen, te leren kreeg ik een andere kijk op mijn leven. Ik kreeg perspectief. Sport biedt structuur. Het was goed om in een team te functioneren,  verantwoordelijkheid te krijgen en te nemen, samen te werken. Maar het was ook goed voor me om gedisciplineerd te leven. Basketbal is heel urban. Een sport van de stad. Muziek, rap, hip hop, het hoort er allemaal bij. Tegelijkertijd is de discipline hoog en is het fysiek en mentaal zwaar. Je hele lichaam wordt gebruikt, en je kunt niet presteren zonder dat je lijf fit en gezond is. En, heel belangrijk, je kunt het niet alleen. Je hebt elkaar nodig om als een team iets neer te zetten. Je moet bijna als één lichaam bewegen.”

Passie aanboren

“Ook voor mij is basketbal dus bepalend geweest”, zegt Philip. “Juist omdat wij zelf weten hoe makkelijk je ook in een andere richting kunt afglijden, zijn we samen met jeugdvriend Okrah Donkor in 2009 begonnen met Triple ThreaT. Op een zondagmiddag op een veldje met jongeren uit de buurt een beetje basketballen en muziek luisteren. Wij waren zelf toen nog geen 20 jaar. Maar hadden al wel ervaren dat rolmodellen kunnen inspireren. Nu wilden we zelf jongere kinderen een andere weg laten zien. De passie aanboren en moesten daarvoor meer contactmomenten creëren.” Van af en toe een middag, werd het steeds serieuzer. Inmiddels bestaat de vereniging Triple ThreaT uit drie pijlers. De Stichting die iedere week bijna 700 jongeren uit de wijk bereikt, de Basketbalvereniging met 25 teams waarvan een aantal op het hoogste niveau spelen, en het Zaalvoetbal. Binnen de basketbalvereniging is er ook een Academy opgericht. Dominique: “Hierbij willen we jongeren zowel op sportief als maatschappelijk gebied laten excelleren. Wij zetten topsport in als middel om deelnemers te empoweren in de breedste zin van het woord. Je moet het ook zien als een uitbreiding van het klaslokaal. We ondersteunen student-atleten door te sturen op een topsportmentaliteit, met veel aandacht voor persoonlijke ontwikkeling.”

Eén groot gebouw

Inmiddels heeft de vereniging de beschikking over een Lifestyle Centre. Philip: “Hier wordt gedanst, gekookt, haren geknipt, gesport, muziek gemaakt; eigenlijk alles wat er kan in de ruimte en door de jongeren zelf bedacht is. Ook stages en huiswerkbegeleiding staan op het programma. United by dreams is onze slogan en zo zien we het ook echt. Droom! Doe het samen. Bedenk wat je wilt ontdekken, uitproberen en we kijken wat er kan. Inmiddels hebben we echt te weinig ruimte en zijn veel activiteiten over de stad verspreid. Mijn eigen droom is dat we één groot gebouw krijgen waar we alle activiteiten kunnen verbinden en samenbrengen. We zijn namelijk echt uit ons jasje gegroeid.”

Warm sociaal vangnet

In de missie van Triple ThreaT staat zelfredzaamheid centraal. Dominique: “Wij gebruiken sport, cultuur en lifestyle als middel om jongeren te helpen op hun pad naar volwassenheid. We willen een positieve omgeving vormen, waarbij zij de mogelijkheid krijgen om hun volledige potentie te benutten. Een plek met een warm sociaal vangnet, kansen en rolmodellen en waar het familiegevoel hoog in het vaandel staat.” Philip: “Je zou ons een positieve lifestyle community kunnen noemen. Jongeren krijgen vertrouwen, erkenning en verantwoordelijkheden. Want iedereen heeft potentie en talent. Sommigen hebben alleen een zetje in de rug nodig. En dan zijn wij er. Maar, dat moet ook gezegd, we kunnen niet iedereen bereiken. Soms haken jongeren af. Dat is nog steeds pijnlijk, maar de deur blijft altijd openstaan. Het warme bad is er. Wij blijven er altijd voor ze. Voor gedragsverandering zijn drie dingen nodig; het moeten, de noodzakelijkheid van de verandering, het willen en het kunnen. Als een van deze 3 ontbreekt dan lukt het niet. En wij hebben met jongeren te maken die veel te overwinnen hebben. Zij ervaren vaak tegenslag. Ze hebben niet altijd de mogelijkheden of de voorbeelden gehad. Kregen geen vertrouwen. Dat hebben wij zelf ook aan den lijve ervaren. Dus we weten hoe het is in de wijk.”

We snappen elkaar

Dominique vult aan: “Ik denk dat we daarom ook zo succesvol zijn. We spreken de taal van de straat. We waren het ooit zelf. De jongeren kunnen zich in ons herkennen. We snappen ze en zij snappen ons. En wij geloven in ze. We zien ze en zien vooral de mogelijkheden en de kansen. Het talent en de passie. Jongeren uit de wijk worden betrokken bij de organisatie en opgeleid tot rolmodel. Zij worden steunpilaar en zo kunnen zij weer in hun eigen omgeving het verschil maken. Zo krijgen deze jongeren weer perspectief en kansen. Echt prachtig om te zien.” Philip: “Ik ben trots op alles wat we samen neerzetten. Als je jongeren ziet groeien en andere keuzes ziet maken… Daar doe je het voor. Dan komt alles samen en gebeuren er magische dingen.”

Website Triple ThreaT

“Stoppen met fietsen? Dat is voor mij geen optie!” Ruben ging er als klein ventje van twee al als een razende vandoor op zijn loopfietsje. Daarna stapte hij moeiteloos op een tweewieler en is altijd blijven fietsen. “Ik wil graag profwielrenner worden. De snelheid, de tactiek, de techniek van het fietsen… Het is gewoon geweldig!” Om zijn droom te verwezenlijken kreeg Ruben een racefiets vanuit de campagne ‘Heel Holland Fietst’. “Ik ben zo gelukkig!”

Ruben ‘Nu kan ik echt beter worden’“Mijn hoofd leegmaken. Ontspannen. Even helemaal nergens aan hoeven denken. De kilometers onder mijn wielen voelen wegglijden. Dat is voor mij de ultieme ervaring.” Ruben is zestien. Heeft een vader, een moeder en nog drie broers. Hij zit in de vierde klas van het gymnasium en is helemaal gek van fietsen. “Vanaf kleins af aan had ik een fascinatie voor wielrennen. Een extreme obsessie; zo noem ik het nu. Ik kende eigenlijk niemand die fietste, maar mijn moeder was wel een fanatieke Tour de France-kijker op de tv. Zo kwam ik er mee in aanraking.

Het zadel op, meters maken

Ik kom uit een gezin waar muziek een belangrijke rol speelt. Mijn ouders zijn allebei professioneel musicus en ik speel zelf ook diverse instrumenten. Viool, piano, slagwerk en ik probeer mezelf gitaar te leren spelen. Maar dat is toch anders dan fietsen… Ik wilde gewoon het zadel op, meters maken. Iedere verjaardag, elk Sinterklaasfeest en elke Kerst wilde ik maar een ding; een racefiets. Maar dat is een kostbaar cadeau. Ik heb in die jaren al heel wat kilometers gemaakt op mijn gewone oude stadsfiets. Ik haalde de 35 km per uur.

Toen ik oud genoeg was, kreeg ik de oude Focus racefiets van mijn oom uit 2005. Ik was de koning te rijk. Mijn moeder was in eerste instantie niet zo blij met mijn hobby. Ik ging hard, had nog niet zoveel techniek en het was dus best riskant. Snelheid, pijn hebben, doorzetten en beter worden… daar ben ik echt van gaan houden. Inmiddels hebben mijn ouders zich neergelegd bij mijn keuze. Zij hebben me altijd vrijgelaten en ondersteunen me waar ze kunnen.”

Rustig in mijn hoofd

Stress. Faalangst. Dingen waar Ruben wel eens mee te kampen heeft. “Ik vind het niet altijd makkelijk op school. Slim, dat ben ik wel, maar om al die kennis te reproduceren op de manier die gevraagd wordt, is lastig. Daar loop ik af en toe in vast. Dan is fietsen een perfecte manier om alles in mijn hoofd weer op een rijtje te krijgen. Het is mijn redding zou je kunnen zeggen.” Ruben werd lid van een Haagse wielerclub, HSK Trias. Daar werd hij geconfronteerd met kinderen die al vanaf zeer jonge leeftijd trainen en gebruik kunnen maken van geavanceerd materiaal en begeleiding. “Kwam ik aan met mijn oude, opgelapte racefiets uit de schuur van mijn oom. Geen fancy racefiets, geen professionele training gehad. Dat was wel even confronterend. Maar ik hield ze wel bij op mijn oude fietsje! Dat gaf me moed en vertrouwen.

Op de club train ik minstens twee keer per week. Is vaak afzien, maar ook gezellig met de andere wielrenners. We trainen op snelheid, maar ook vooral op techniek en tactiek. Intervaltraining, positionering, starttraining; het komt allemaal aan de orde. Ook in een ploeg rijden en samenwerken zijn allemaal aspecten die belangrijk zijn. Ik heb nog veel te leren! Ik heb nog een inhaalslag te maken. Al snel merkte ik al wel dat ik beter werd. Eigenlijk ben ik wel blij dat het zo gelopen is. Fietsen is voor mij een echte persoonlijke, overtuigde, intrinsieke keus geweest. Ik heb er veel voor gedaan en gelaten. Maar echt omdat ik dat wilde. Dat is voor mij de beste motivatie om beter te worden. Om te groeien.”

Droom in duigen

Ruben zucht. “Maar toen ging tijdens een wedstrijd, twee weken voor de zomervakantie, mijn oude fiets kapot. Onherstelbaar stuk. Wat een ellende! Er was thuis geen geld voor een nieuwe. Ik was net 16 ben via bijbaantjes flink gaan sparen. Werken bij het klimbos, helpen op de boulderbaan. Maar dat schiet niet zo hard op met dat uurloon. Toen drong tot me door dat het best een tijd zou kunnen gaan duren voor ik weer op een fiets zat. Mijn moeder stuurde, buiten mij om, een mailtje naar Team Jumbo-Visma waarin ze mijn situatie uit de doeken deed.

En toen gebeurde het wonderlijke. We kregen antwoord! En dat niet alleen; de wielerploeg meldde me aan bij het Jeugdfonds Sport & Cultuur. En zo kreeg ik, vanuit de donaties aan de Heel Holland Fietst-campagne, een tweedehands, maar super goede racefiets! Ik kon wel huilen. Ook wordt de contributie voor de wielerclub nu betaald en krijg ik extra ondersteuning om kleding en een goede, veilige helm aan te schaffen. Nu kan ik dit jaar toch gewoon doortrainen op de club en me storten op de techniek en op positionering. Voor volgend jaar staan dan de wedstrijden op het programma. Ik hoop dan gespot te worden als talent. Opgepikt door een ploeg die me verder gaat opleiden. Dat is mijn droom.”

Elk gaatje durven pakken

Toen Ruben deze nieuwe fiets kreeg moest hij even wennen. “Ik had natuurlijk altijd gefietst op een model uit 2005. Intussen is er veel veranderd in techniek en materiaal. Renners zitten heel anders op de fiets. Ik kan nu veel aerodynamischer mijn meters maken, ga sneller en ben wendbaarder. Nu moet ik nog goed gaan oefenen om elk gaatje in het peloton te kunnen en durven pakken. Ook was ik heel voorzichtig met de fiets; durfde er bijna niet op te racen. Het is voor mij zo’n kostbaar bezit! Maar nu kan ik sprongen gaan maken, nog beter worden. Dat is altijd het doel geweest. Me blijven ontwikkelen. Want als ik op de fiets zit, kom ik in de focusstand. Dan heb ik geen tijd om andere dingen te voelen of te denken. En dat is heel lekker.”

Een liefde die niet meer overgaat

Moeder Barbara: “Toen Ruben als klein jongetje op de fiets stapte voelde ik meteen; dit kan ik niet meer tegenhouden. Dit is een liefde die niet meer overgaat. Hij is hoogbegaafd, slim en zit veel in zijn hoofd. Hij heeft het nodig om dat leeg te kunnen maken. En voor hem is fietsen de manier om zich te ontspannen, even te ontsnappen aan alle zorgen en de druk die hij ervaart. Zes jaar geleden werd ik ernstig ziek. Ik kon niet meer werken en als zelfstandige in de culturele sector had dat direct invloed op ons inkomen. Mijn man is ook musicus en tijdens corona lag alles stil. Dan merk je dat alles wat voor anderen vanzelfsprekend is, een nieuwe fiets bijvoorbeeld, voor ons ineens niet meer te betalen was. Wij hebben vier kinderen en de kosten gaan gewoon door.

Inmiddels krabbelen we er een beetje bovenop, maar het is geen vetpot. Ik ben er trots op hoe we het toch hebben kunnen rooien. We hebben dingen veranderd, hebben hulp ingeroepen en zijn blijven vertrouwen in het goede van de mens. Schaamte is een ongezonde emotie. Het is altijd oké om hulp te vragen. Zo ook mijn mailtje naar Team Jumbo-Visma. Ik hoopte dat ze de liefde van mijn zoon voor het fietsen konden voelen. En toen dat antwoord kwam: er komt een fiets vanuit Heel Holland Fietst, waren we allemaal even stil. Fantastisch! De fiets is echt onlosmakelijk met Ruben verbonden. Hij is er, bijna fysiek, aan gehecht. Die band is onverbrekelijk!”

Meer over wielrennen via het Jeugdfonds

Meer over ‘Heel Holland Fietst’

Nadya Abou Salman verschijnt op mijn beeldscherm. Een mooie, stralende jonge vrouw. In 2015 vluchtte ze uit het door oorlog verwoeste Syrië met haar twee zoontjes naar Nederland. Na verblijf in een asielzoekerscentrum, vond ze haar nieuwe thuis in Venlo. Nadya heeft zich ontwikkeld tot een sleutelfiguur binnen de gemeenschap en is rolmodel voor veel vrouwen. Ze ontving ze de onderscheiding ‘Venloos Voorname Vrouw’ voor haar inzet voor de gemeenschap. Nadya is ook intermediair voor het Jeugdfonds. 

Sport is een van de redenen dat Nadya overeind is gebleven en weer snel een thuis voor zichzelf en haar familie heeft kunnen creëren. “Ik kom uit een sportieve familie,” vertelt ze. “Mijn vader, broers en ooms, we deden allemaal aan sport en moedigden mensen om ons heen ook aan om te sporten. Ik was vooral een actief basketballer, ook als scheidsrechter. Maar toen kwam de oorlog.” 

Sporten in AZC

Nadya’s man vluchtte in 2014 via Libanon, Turkije over zee naar Griekenland om uiteindelijk in Nederland aan te komen. Een jaar later volgden Nadya en haar twee zoontjes. Het enige dat ze mee kon nemen was haar liefde voor sport. “We kwamen in aan asielzoekerscentrum terecht waar we uiteindelijk anderhalf jaar woonden. Dat was erg moeilijk. Ineens deel je de keuken, badkamer, gemeenschappelijke ruimtes met mensen uit andere culturen, met mensen die je niet kent en van wie je de taal niet spreekt. Ik ben begonnen met dat wat ik kende: mensen stimuleren te sporten. Eerst de kinderen maar later deden ook de vrouwen mee. Dat viel op bij de leiding van het AZC die me toen officieel gevraagd hebben sportactiviteiten op te zetten en te leiden. De sport verbond al die mensen met hun verhalen en achtergronden uit verschillende landen.”

Veerkracht

Het zegt alles over de veerkracht van Nadya, in staat zijn onder moeilijke omstandigheden toch mensen te enthousiasmeren en aan het sporten te krijgen. Na het AZC kreeg het gezin een woning in Venlo waar ze begon met het coachen van jongeren. “In Venlo ben ik aan de slag gegaan met jongeren en vrouwen. Ik begon als vrijwilliger op de school van mijn kinderen. Later organiseerde ik fitnessactiviteiten maar ook gewoon gezellige dingen voor vrouwen uit Venlo. Samen wandelen, in de moestuin werken en koken. Als mensen samen dingen doen, krijgen ze meer begrip voor elkaar en kunnen elkaar steunen.”

Sportconsulent

In 2021 werd Nadya sportconsulent van de gemeente Venlo. Het was haar taak mensen uit verschillende culturen met behulp van sport te verbinden. “Ik moest hard werken om de taal te leren en er waren ook verschillen in ontwikkeling tussen Syrië en Nederland. Ik heb een aantal cursussen gedaan en kreeg veel steun van collega’s. We organiseerden activiteiten voor gezinnen met te weinig geld om te sporten. Zo leerde ik het Jeugdfonds Sport & Cultuur kennen. Op een gegeven moment hadden we ruim 60 kinderen uit allerlei culturen,” lacht Nadya. “Veel kinderen uit Arabische landen maar ook uit Somalië, Japan, Polen en Pakistan. Lekker samen aan het sporten. Sport brengt mensen samen. Daarom ben ik ook intermediair voor het Jeugdfonds geworden. Sport betekent zoveel voor mij en mijn kinderen. Het helpt kinderen ook in hun toekomst. Daarom moeten alle kinderen de kans krijgen te sporten. Eigenlijk zou iedere school eigen intermediairs moeten hebben.”

Lees meer over het Jeugdfonds voor kinderen van vluchtelingen

Wist je dat?

kinderen en jongeren in Nederland groeit op in armoede.

kinderen en jongeren werden in 2023 via ons lid van een sportclub.

kinderen en jongeren werden in 2023 via ons lid van een cultuurclub.

uitgegeven sport- en cultuurattributen in 2023.