Europees én Nederlands Kampioen Hockey Tom Hiebendaal speelt sinds 2020 bij topclub Bloemendaal. Samen met teamgenoot en goede vriend Caspar van Dijk is hij ambassadeur geworden van het Jeugdfonds Sport & Cultuur Amsterdam. “Sporten is één van de belangrijkste bezigheden voor een kind. Elk kind heeft recht om te kunnen sporten en dat is voor mij de voornaamste reden om mij in te zetten voor het Jeugdfonds Sport & Cultuur Amsterdam.”
“Voordat ik op hockey ging heb ik getennist en gevoetbald. Twee sporten die ik nog steeds erg waardeer. Ik ben begonnen met hockeyen bij HC Klein Zwitserland (KZ) in Den Haag. Op mijn vijftiende ben ik bij HGC gaan spelen waar ik negen mooie jaren heb beleefd. In die tijd kwam ik ook uit voor alle jeugdteams van Nederland waarmee ik verschillende prijzen heb gewonnen: Goud EK U16, Zilver EK U21, Brons WK U21 en Goud EK U21. Iets waar ik erg trots op ben is dat ik tot twee keer toe tot Talent van het Jaar van de hoofdklasse ben verkozen. Een prijs die nog nooit iemand twee keer heeft gewonnen.”
“Elke topsport carrière kent helaas ook zijn dieptepunten. Het dieptepunt in mijn carrière was een lange blessure van twee en een half jaar. Door mijn blessure ben ik op mijn drieëntwintigste naar Amsterdam Heren 1 gegaan. Tijdens dat seizoen heb ik mijn bachelor Rechtsgeleerdheid aan de Vrije Universiteit afgerond en ben ik een jaar voor de Duitse kampioen Uhlenhorst Mülheim gaan spelen. Na dat jaar in Duitsland gespeeld te hebben, ben ik teruggekomen voor mijn master Privaatrecht aan de Universiteit van Amsterdam en ben ik met mijn nieuwe club HC Bloemendaal Lands- en Europees kampioen geworden.”
Er zijn genoeg voorbeelden van sporters die als kind in een lastige situatie hebben gezeten maar toch Olympisch goud hebben gehaald. Dream BIG. Zoals Michael Phelps:
You can’t put a limit on anything. The more you dream the farther you get
Volg Tom via Instagram: @tomhiebendaal
Wereld, Europees én Nederlands Kampioen Hockey Caspar van Dijk speelt sinds 2019 bij topclub Bloemendaal. Samen met teamgenoot en goede vriend Tom Hiebendaal is hij ambassadeur geworden van het Jeugdfonds Sport & Cultuur Amsterdam omdat hij het belangrijk vindt dat elk kind dezelfde kansen verdiend.
Op jonge leeftijd was Caspar altijd al buiten te vinden. Hele dagen speelde hij met vrienden met een bal op het pleintje bij hem in de buurt en later op de hockeyclub. “Samen sporten is super belangrijk voor je fysieke én sociale ontwikkeling. Op dit moment heeft niet ieder kind de mogelijkheden die ik vroeger wel had. Ik wil kinderen graag de kans geven om zich via sport te ontwikkelen. Daarom zet ik me graag in voor het Jeugdfonds Sport & Cultuur Amsterdam.”
“Vanaf mijn zevende sta ik al op het hockeyveld. Al snel namen de trainingsuren toe en werd hockey voor mij serieuzer. Met verschillende clubs en nationale teams heb ik vervolgens prijzen gewonnen. Zo heb ik onder andere wereldkampioenschap met het Nederlands zaalteam gewonnen, ben ik Europees kampioen op het veld geworden met Jong Oranje, heb ik twee keer het landskampioenschap met mijn club Bloemendaal veroverd en hebben we afgelopen jaar de EHL gewonnen. Ik hoop met mijn ervaring kinderen te kunnen inspireren.”
Kinderen moeten de kans krijgen zich te ontplooien door middel van sport. Daar wil ik me hard voor maken!
Instagram: @casparvandijk
Dinsdag 9 november was het zover: De Meet & Greet met hockeyer Lars Balk op de Daltonschool in Rhenen. De kinderen van groep 5 t/m 8 van de Daltonschool waren de gelukkige winnaars van de ‘Elk kind kan’ campagne afgelopen voorjaar, waarbij een Meet & Greet met één van onze ambassadeurs te winnen was.
Naast hockeyer is Lars Balk ook ambassadeur voor het Jeugdfonds Sport & Cultuur Utrecht. De kinderen hadden allerlei leuke vragen voor Lars voorbereid en ze vroegen hem het (hockey)hemd van het lijf. Zo vertelde Lars over hoe het is om topsporter te zijn, zijn weg naar de Olympische Spelen in Tokyo en waarom hij ambassadeur is geworden voor het Jeugdfonds.
Lars had zijn hockeystick meegenomen die de kinderen konden bewonderen en vasthouden. Ook moest hij natuurlijk nog even een trucje hooghouden laten zien. Het was een heerlijke interactieve ochtend en de kinderen vonden het heel leuk en leerzaam. Ze wilden maar wat graag op de foto met Lars en uiteraard mocht Lars niet weg voordat hij handtekeningen had uitgedeeld.
Patricia van Eldik is lerares op de Daltonschool en gaf de klassen op voor de actie ‘Elk kind kan’. Zij is intermediair voor het Jeugdfonds Sport & Cultuur Utrecht. Via haar kunnen ouders een aanvraag doen voor hun kind(eren). “We hebben een heel gemêleerde klas met allerlei achtergronden”, vertelt Patricia. “Ik probeer elk kind of de ouders persoonlijk te benaderen als ik het vermoeden heb dat er thuis geen geld voor sport of cultuur is. Dat is soms moeilijk omdat er vaak wel een taboe op heerst op geldzorgen. Maar toch heb ik diverse kinderen al op voetbal of dansles gekregen. Het is zo belangrijk dat iedereen weet dat het Jeugdfonds Sport & Cultuur bestaat!”
De Meet & Greet was onderdeel van de campagne ‘Elk Kind Kan!’. Daarin maakte het Jeugdfonds Sport & Cultuur afgelopen voorjaar duidelijk dat alle kinderen mee kunnen doen met sport en cultuur. Geldzorgen hoeven geen drempel te zijn voor ouders. De campagne maakte leerkrachten, gymdocenten en andere medewerkers in het basisonderwijs bewust van de hulp die het fonds kan bieden.
De kinderburgemeester van Assen heeft er een nieuwe taak bij. Ze is nu ook ambassadeur van het Jeugdfonds Sport & Cultuur Drenthe.
Door: Romy Posthumus
Hoewel de kinderburgermeester hiervoor niet precies wist wat het Jeugdfonds was, heeft ze er heel veel zin in: “Ik vind het heel leuk”, vertelt kinderburgemeester Luna Bouius. “Ik zit zelf op dansen en dat vind ik een hele leuke sport. Ik vind het heel belangrijk dat wanneer kinderen niet genoeg geld hebben ze alsnog wel mee kunnen doen met alle sporten die ze leuk vinden.”
Het Jeugdfonds Sport & Cultuur Drenthe betaalt de contributie of het lesgeld voor kinderen uit gezinnen in Drenthe waar te weinig geld is voor een sportclub, muziekles of iets soortgelijks. “Twee á drie kinderen per klas groeien op in een gezin met geldzorgen”, vertelt Yvonne Scheltens van het Jeugdfonds Sport & Cultuur Drenthe. En voor die kinderen kan het fonds wat betekenen. Zo is er jaarlijks per kind een budget beschikbaar voor sportles en een cultuuractiviteit.
Per jaar helpt het fonds honderden kinderen in Drenthe. Het doel is dan ook dat zoveel mogelijk kinderen kunnen sporten of een cultuuractiviteit kunnen doen. Maar veel ouders, kinderen en leraren weten nog niet van het bestaan van het Jeugdfonds af, laat Scheltens weten. Met de kinderburgemeester als gezicht, hopen ze nog meer kinderen en ouders te bereiken.
Scheltens: “Luna is als kinderburgemeester toch een bekende Assenaar en het is mooi dat zij nu verbonden is aan het Jeugdfonds.” Luna is in ieder geval al druk aan het bedenken hoe ze het Jeugdfonds onder de aandacht kan brengen. “Morgen ga ik het aan de rest van mijn klas vertellen en neem ik flyers meer naar school toe” vertelt ze.
Ook andere leden van de kinderraad hebben goede ideeën om het Jeugdfonds onder de aandacht te brengen. Zo wil de één een presentatie maken en die aan elke klas laten zien en anderen willen graag een gesprek voeren met zijn of haar klas over armoede.
Ambassadeur zijn van het Jeugdfonds Sport & Cultuur Drenthe wordt een vaste taak van de kinderburgemeester van Assen.
Riejanne Markus (27 jaar) is professioneel wielrenster voor Team Jumbo-Visma. Als echte Noord-Hollandse is ze in haar jonge jaren begonnen als schaatsster, maar al snel stapte ze over op de wielersport. Onlangs heeft ze haar eerste WorldTour wedstrijd in Noorwegen gewonnen. Riejanne is ambassadeur voor het Jeugdfonds Sport & Cultuur Noord-Holland: ‘Ik heb van mijn hobby mijn beroep kunnen maken, dat gun ik ieder kind’
Riejanne was 6 jaar toen ze begon met schaatsen. Via de fietstrainingen die ze tijdens het schaatsen moest doen, is ze terechtgekomen in de wielersport. Begonnen bij de WTC de Amstel, de club waar Riejanne nog steeds voor fietst. ‘We hebben een grote jeugdvereniging en uiteindelijk ben ik het fietsen leuker gaan vinden dan het schaatsen’, vertelt Riejanne.
Lees het interview met ambassadeur Riejanne Markus: ‘Iedere dag bewegen zou de basis moeten zijn voor elk kind’
Riejanne Markus is professioneel wielrenster voor Team Jumbo-Visma. Als echte Noord-Hollandse is ze in haar jonge jaren begonnen als schaatsster, maar al snel stapte ze over op de wielersport. In juni 2022 werd ze Nederlands kampioen op de weg. Riejanne is ambassadeur voor het Jeugdfonds Sport & Cultuur Noord-Holland: ‘Ik heb van mijn hobby mijn beroep kunnen maken, dat gun ik ieder kind’
Riejanne was 6 jaar toen ze begon met schaatsen. Via de fietstrainingen die ze tijdens het schaatsen moest doen, is ze terechtgekomen in de wielersport. Begonnen bij de WTC de Amstel, de club waar Riejanne nog steeds voor fietst. ‘We hebben een grote jeugdvereniging en uiteindelijk ben ik het fietsen leuker gaan vinden dan het schaatsen’, vertelt Riejanne.
‘In onze familie draait alles om sport’, lacht Riejanne. ‘Mijn moeder heeft altijd gevolleybald. Uiteindelijk is zij ook gaan fietsen. Mijn vader heeft gevoetbald tot zijn 22een is daarna overgestapt op schaatsen en fietsen. Mijn zusjes en ik zijn daardoor allemaal aangestoken door het schaats- en fietsvirus. Mijn middelste zusje is ook professioneel wielrenster en mijn jongste zusje schaatst marathons en lange baanwedstrijden op hoog niveau. Echt een super sportieve familie dus.’
Toen ik begon met schaatsen was mijn vader mijn grote voorbeeld. Ik ging vroeger altijd mee naar wedstrijden en wist toen al: dit wil ik ook. Toen ik zelf het wielrennen op tv ging volgen, was mijn grote voorbeeld Fabian Cancellara (voormaling Zwitsers profwielrenner).
‘Goeie vraag’. Riejanne denkt even na. ‘Ik heb het tijdrijden altijd heel erg leuk gevonden. Het wedstrijdje tegen de klok. Wat je ook heel erg met langebaanschaatsen doet. En ja ik vond die strijd om toch net dat beetje sneller dan de vorige keer te zijn heel leuk. Bij wegwedstrijden heb je de combi van dat je fysiek heel goed moet zijn, als ook het tactische spel wat belangrijk is. Daar ben ik wel écht verliefd op geworden.’
Riejanne: ‘Ik was vroeger totaal niet bezig om met een fiets carrière. Mijn ouders vonden het belangrijk dat we lekker buiten speelden. Op de club moest je het gewoon gezellig hebben, verder niet. Tuurlijk wilde ik mezelf verbeteren, maar ik vond het allerleukste om met de hele groep op pad te zijn. Maar op een gegeven moment ging ik er wel van dromen. Om net zo goed te worden als de toppers van dat moment. Maar eerst focus op studie’. Riejanne is afgestudeerd als sportdocent, voordat ze in 2016 als fulltime prof begon.
‘Fietsen geeft een gevoel van vrijheid. Ik kan wanneer ik wil naar buiten om met mijn fiets in de natuur te rijden. Ik train met de ploeg ook vaak in het buitenland en je komt op zoveel mooie plekken. Daarnaast vind ik het ook een uitdaging om mezelf continue te blijven verbeteren.’
‘De overwinning in Noorwegen in augustus 2021 uiteraard. Het was mijn eerste zege in een koers uit de Women’s WorldTour. Dat was wel echt gaaf’, vertelt Riejanne. ‘Maar ik ben ook heel trots op de wereldkampioenstitel van 2019 en de Europese titel op de mixed relay (gemengde ploegentijdrit). Een trui mee naar huis nemen, dat is super bijzonder.’
Riejanne hoeft niet lang na te denken: “De individuele tijdrit winnen op de Olympische spelen. De Spelen heeft toch iets magisch. Dat wil je als sporter meegemaakt hebben. Topsport is ontzettend hard werken. Je bent veel van huis, dus veel tijd voor je sociale contacten heb je niet. Gelukkig woon ik met mijn vriend naast mijn familie. Daarnaast zijn de valpartijen en ander blessureleed ook de minder mooie kanten. Maar ik probeer zo veel mogelijk te genieten van de positieve kanten”, lacht Riejanne.
Riejanne: ‘Ik ben opgegroeid in een veilige omgeving met familie die me altijd heeft gesteund. Ik heb altijd de kans gekregen om te sporten. En daar hecht ik ook heel veel waarde aan. Kinderen moeten allemaal de kans hebben om te kunnen sporten.’
Als ambassadeur voor het Jeugdfonds Sport & Cultuur vind ik het belangrijk om het fonds nog meer bekendheid te geven. Om ouders te laten zien dat er een oplossing is als je de sportclub niet kunt betalen voor je kinderen. En dat je je niet hoeft te schamen om hulp te vragen. Mijn missie is om meer kinderen toegang te kunnen geven tot sport. Via buitenspelen, de club en het basisonderwijs. Elke dag bewegen zou de basis moeten zijn voor ieder kind. Dat gun ik iedereen.
Team Jumbo-Visma steunt het Jeugdfonds Sport & Cultuur. Samen willen we zoveel mogelijk kinderen laten sporten en kennismaken met wielrennen en schaatsen. Deze sporten zijn niet vanzelfsprekend voor kinderen uit gezinnen die weinig geld te besteden hebben.
Vrijdag 11 juni was cabaretière Danielle Schel te gast bij basisschool KlimOp in Zwaag. Tijdens een landelijke campagne van het Jeugdfonds Sport & Cultuur konden klassen zich opgeven voor een Meet & Greet met een ambassadeur. Klas 7/8 van KlimOp was de gelukkige winnaar.
Voorafgaand aan de meet & greet stuurde Danielle een video boodschap naar de klas, waarin ze de kinderen vroeg om alvast wat vragen te verzamelen. Dat heeft ze geweten: de kinderen vroegen Danielle het hemd van het lijf. De klas oefent momenteel voor de eindfilm ‘Rampenkamp’. Tijdens de meet & greet speelden ze een aantal scenes uit de film na. Danielle had wat handige acteer tips die de kinderen meteen in de praktijk konden brengen Ook zongen ze een lied samen uit de film. De kinderen waren super enthousiast en heel blij met alle tips.
De Meet & Greet is onderdeel van de campagne ‘Elk Kind Kan!’. Daarin maakte het Jeugdfonds Sport & Cultuur de afgelopen maanden duidelijk dat alle kinderen mee kunnen doen met sport en cultuur. Geldzorgen hoeven geen drempel te zijn voor ouders. De campagne maakt leerkrachten, gymdocenten en andere medewerkers in het basisonderwijs bewust van de hulp die het fonds kan bieden.
“Ik werd door een collega op de actie ‘Elk kind Kan’ bij het Jeugdfonds gewezen”, vertelt Irene Graaf, lerares klas 7/8. “Door verschillende redenen kunnen kinderen niet meedoen aan sport of cultuur. En dat is zo zonde. Mijn collega heeft zich inmiddels ook aangemeld als Intermediair van het Jeugdfonds. Zodat wij zelf ook kinderen kunnen aanmelden en er zo weer meer kinderen aan sport of cultuur kunnen doen.”
Het Jeugdfonds Sport & Cultuur Noord-Holland verwacht dat de coronacrisis leidt tot een toename van het aantal kinderen in de klas dat opgroeit in armoede. Dat betekent dat ook steeds meer ouders het lidmaatschap van de sportclubs en cultuurlessen van hun kinderen niet meer kunnen betalen. En dat terwijl kinderen die thuis te maken hebben met financiële stress juist zoveel baat hebben bij een uitlaatklep. Het Jeugdfonds Sport & Cultuur Noord Holland zorgt ervoor dat ook deze kinderen mee kunnen blijven doen.
Kickboxer Ella Grapperhaus is ambassadeur van het Jeugdfonds Sport Amsterdam, “Ik was een actief kind dat toen al fanatiek in sporten was. Ik beoefende verschillende sporten door mee te gaan met sportlessen van vriendjes. Op deze manier leerde ik allerlei sporten kennen, dit ging van voetbal tot cricket tot nog veel meer. Uiteindelijk heb ik heel lang op dansen gezeten, waar ik veel plezier uit haalde.”
Op mijn 18e ben ik begonnen met kickboksen en op deze leeftijd heb ik ook mijn eerste beginnerswedstrijdje gedaan. Hierna heb ik tijd lang in het buitenland gewoond waardoor ik niet heb kunnen kickboksen. Op 24-jarige leeftijd heb ik mijn eerste echte wedstrijden gedaan voor de gym waar ik nu nog train.
Toen ik na een spontane wedstrijd (één van mijn eerste wedstrijden) de ring uitstapte wist ik, dit is mijn passie! Hierna ben ik op een heel ander niveau gaan trainen en ben ik voor de volle honderd procent voor het kickboksen gegaan.
Ik ben tegenwoordig ook zelf trainer waardoor ik soms een dag lang alleen maar met kickboksen bezig ben. Dit vind ik zo leuk! Ik geef training bij de gym waar ik zelf ook train. Daar trainen mensen van allerlei verschillende niveaus en leeftijdscategorieën.
Als ik denk aan mijn meest euforische sportmoment denk ik gelijk aan een wedstrijd in Amerika. Mijn tegenstander was een grote kickbokster met een ruime ervaring en veel titels op haar naam. Het voelde daarom als een enorme overwinning om van haar te winnen. Ook heb ik verschillende titels behaald zoals de wereldtitel Enfusion en de Europese titel in België.
Over vijf jaar wil ik een eigen gym hebben.
Over vijf jaar wil ik meer het ‘totaalpakket’ aanbieden door naast trainer ook voedingsconsulent te zijn. Hiervoor ben ik nu een opleiding aan het afronden. Ik hecht niet per se waarde aan bepaalde titels, er zijn eerder bepaalde tegenstanders tegenover wie ik wil staan. Ik wil een bepaald niveau halen waardoor ik een goede partij kan vechten met verschillende sterkte tegenstanders. Dat geeft mij meer plezier dan het halen van bepaalde titels. Verder wil ik zoveel mogelijk partijen vechten.
Ik ben ambassadeur geworden omdat ik me ‘zorgen’ maak over de generatie van nu waarbij de virtuele wereld zo groot en dominant is. Hierdoor gaat de speelsheid van een kind verloren. Ik vind het buitenspelen en het kunnen ontwikkelen door sport erg belangrijk omdat dit zorgt voor contact tussen kinderen. Kinderen halen zo veel plezier uit de sport en hier zet ik me graag voor in.
Freerunner Màxim van Schijndel is ambassadeur van het Jeugdfonds Sport Amsterdam, “Ik was vroeger altijd een druk kind. Ik zat zelf op voetbal, maar daarbuiten was ik ook altijd aan het bewegen. Ik klom overal op en sprong van dingen af. Sport was belangrijk voor me om mijn energie in kwijt te kunnen.”
De passie voor mijn sport is op de basisschool ontstaan. Een aantal van mijn vrienden deed aan freerunning en hierdoor maakten wij in de pauzes bijvoorbeeld flips in de zandbak. Dit ging mij verrassend snel goed af en dat geeft wel een boost. Ik vond het steeds leuker worden en ik heb uiteindelijk de voetbaltrainingen ingewisseld voor free run trainingen. Op mijn tiende ben ik begonnen met officieel te ‘freerunnen als sport’.
Vorig jaar heb ik aan de IFKF meegedaan, het Nederlands Freerun Kampioenschap. Dit was de eerste keer dat ik echt mijn skills heb laten zien aan een publiek. Hiervoor geef je je als individu op, maar wij gaan altijd met ons hele (trainings-) team hiernaartoe. Er zijn twee verschillende onderdelen bij dit toernooi: speed en style. Speed gaat om de snelheid en Style gaat om combinaties van verschillende bewegingen. Zelf doe ik style, want hier kan ik meer mijn creativiteit in kwijt. In de jury zitten de beste free runners van de wereld.
Mijn ultieme doel is meedoen aan Red Bull Arts Off Motion
Voor nu wil ik eerst mijn opleiding afmaken om vervolgens over vijf jaar mijn eigen fysiotherapiepraktijk op te zetten. Wat betreft mijn sport doelen zou ik aan nog meer toernooien willen meedoen en wil ik meer groeien op het gebied van freerunnen. Mijn ultieme doel is meedoen aan Red Bull Arts Off Motion. De grootste race in het freerunning in de wereld. Ik train nu ongeveer 4 tot 5 keer in de week. Om op het niveau te komen dat nodig is om mee te kunnen doen aan deze Red Bull race, moet ik denk ik nog zo’n 2 á 3 jaar trainen. Goed doel om voor ogen te houden.
Sporten helpt kinderen om zich te ontwikkelen op verschillende vlakken: fysiek, mentaal en ook op sociaal vlak. Ik hoop dat ik in mijn rol als ambassadeur van het Jeugdfonds Sport Amsterdam kinderen kan inspireren om veel te bewegen. Freerunning is als sport nu nog redelijk onbekend, ik zou het dus ook heel leuk vinden om deze sport wat bekender te maken bij kinderen.
Baanwielrenner Tim Veldt is ambassadeur van het Jeugdfonds Sport Amsterdam, “Ik ben altijd een sportfanaat geweest. Ik was op mijn vierde al naar de olympische spelen van ’88 aan het kijken in plaats van de tekenfilms die mijn leeftijdgenootjes keken. Ik organiseerde altijd toernooitjes met kinderen uit de buurt door zelf parcours uit te maken.”
Op de basisschool deden wij veel aan sport. Zo hielden wij altijd toernootjes of de week van de olympische spelen. Hier mocht ik vroeger, toevallig, de vlam aansteken. Uiteindelijk ben ik op de olympische spelen gekomen en steek ik nu de vlam aan bij de Amsterdamse Olympische Dagen waar het Jeugdfonds Sport Amsterdam onderdeel van uit maakt.
Vroeger zat ik op atletiek. Ik ben uiteindelijk gaan wielrennen door blessures. Ik ben op advies op zoek gegaan naar minder belastende sporten en er stond van mijn vader wel een fiets in de schuur. Ik begon met buiten fietsen op de weg en na een paar maanden ben ik lid geworden van een wieler vereniging. Het balletje is hierna snel gaan rollen en is uiteindelijk gestopt bij het baanwielrennen. Mijn vader is ook baanwielrenner geweest en mocht in 1980 zelfs uitkomen voor Nederland op de Olympische Spelen in Moskou. Maar hij heeft mij nooit ‘gedwongen’ dit ook te doen.
De liefde voor de sport is geleidelijk ontstaan. Ik ben een enorme sportman en vond altijd alle sporten al leuk. Ik wilde sowieso een topsporter worden, maar met welke sport dat zou zijn (schaatsen, wielrennen of atletiek) maakte mij niet zoveel uit. Ik vond toch alles leuk. Bij wielrennen sprak mij de vrijheid heel erg aan. Je kan altijd op de fiets stappen en kan trainen wanneer je wilt.
Bij euforische sportmomenten ga je vaak aan prestaties denken, maar ik denk dan gelijk aan een ander bijzonder moment. Het begon in de aanloop naar mijn (laatste) Olympische Spelen in Rio de Janeiro. Mijn kwalificatietraject startte door verschillende omstandigheden (hitte en voedselvergiftiging) extreem slecht waardoor de spelen bijna onhaalbaar waren. Hierna reed ik in Londen een beslissend onderdeel, waarbij er per ronde een renner afvalt, heel goed. Ik werd wel nog onderuit gereden maar ik ging toch gewoon door. Gelukkig wist ik mezelf te herpakken en het lukte me uiteindelijk om weer in de wedstrijd te komen. Ik werd de publiekslieveling. Het publiek was constant voor mij aan het joelen en mede hierdoor wist ik uiteindelijk dit onderdeel te winnen. Deze race en dit gevoel zal ik nooit vergeten!
Tegenwoordig wil ik anderen helpen met het bereiken van hun doelen, dat doe ik nu in mijn rol als bondscoach.
Ik ben op dit moment ook als coach actief in het baanwielrennen. Hierbij begeleid ik de nieuwe lichting baanwielrennersrichting de Olympische Spelen in Tokyo. Bij het coachen is de beste niet meer degene met de beste tijden, hier komt zo veel meer bij kijken. Er zijn verschillende aanpakken om de sporters te begeleiden. Iedere wielrenner heeft behoefte aan een andere begeleiding.
Ik ben ambassadeur geworden omdat ik de visie van het Jeugdfonds heel mooi vond, hier wilde ik graag mijn bijdrage aan leveren. Dit doe ik door me zoveel mogelijk in te zetten, bijvoorbeeld door een clinic te geven waarbij de opbrengst naar het Jeugdfonds gaat. Ik vind de ontwikkeling door middel van sport heel belangrijk voor kinderen, het is een goede basis voor een lang & gezond leven.
kinderen en jongeren werden in 2023 via ons lid van een club
kinderen en jongeren werden in 2023 via ons lid van een sportclub.
kinderen en jongeren werden in 2023 via ons lid van een cultuurclub.
uitgegeven sport- en cultuurattributen in 2023.