Nieuws

Terugblik op twaalf jaar Jeugdfonds  

Meer dan twaalf jaar was Christa Compas betrokken bij het Jeugdfonds Sport & Cultuur. In december 2024 trad ze af als lid van de Raad van Toezicht. Als ze terugblikt, komt met name een gevoel van daadkracht en positiviteit boven. Het Jeugdfonds is in haar ogen een echt ‘feel-good’ fonds: vind maar eens iemand die sportende en zingende kinderen níet leuk vindt.  

Van een dubbeltje een kwartje maken

Compas is een kind van de jaren ’70. Het motto van toen? Voortuitgang is mogelijk, je moet altijd blijven proberen om een dubbeltje in een kwartje te veranderen. Door mogelijkheden te creëren én te benutten. “Zo heb ik het altijd ervaren, ik geloof er heilig in dat dat óók mogelijk is voor de huidige generatie kinderen – ongeacht hun thuissituatie moeten zij mogelijkheden krijgen om mee te doen,” aldus Compas.

Voetbaltas in plaats van diagnose Toen ze in 2013 met het Jeugdfonds in aanraking kwam, werkte ze bij een onderwijsadviesbureau in Amsterdam. Het bureau stuurde schoolmaatschappelijk werkers, experts op het gebied van lezen en rekenen en ook psychologen naar de scholen om testjes te doen met kinderen. “Daar rolden dan rapporten uit en kinderen kregen een ‘stempel’. Ik begon me steeds vaker af te vragen: wat heb je dan aan zo’n onderzoeksrapport en een diagnose? Zijn (sommige) kinderen niet meer gebaat bij positieve ervaringen en concrete activiteiten. Kunnen we ze niet beter faciliteren in sport bijvoorbeeld? Hop een voetbaltas mee, schoenen aan en meedraaien in een team. Zouden ze daar niet veel meer van opknappen? Het was toeval dat ik gewezen werd op het bestaan van het Jeugdfonds.”

Ze was ontzettend gecharmeerd van de relatieve simpliciteit van de organisatie. Het welzijn en de ontwikkeling van kinderen verbeteren door ze eenvoudigweg te laten deelnemen aan sport (sport en cultuur waren toen nog twee gescheiden fondsen, red.).

Sport vormt karakter

“Sport is zoveel meer dan een balletje trappen of een doelpunt scoren. Dat heb ik ook bij mijn twee kinderen gezien. Het is leren omgaan met tegenslag, op tijd komen, discipline kweken (je gaat óók als je geen zin hebt), ergens bij horen, verantwoordelijkheidsgevoel ervaren en doorzetten – het vormt karakter. Daarnaast kom je op een sportclub vaak uit je sociale bubbel. En dat verrijkt je leven.” Ze voegt nog toe dat het uiteraard belangrijk is om kinderen in deze tijden van op de bank hangen en obesitas in beweging te krijgen. Maar haar diepste motivatie om bij te dragen aan het fonds, die zit ‘m in de sociale en persoonlijke vaardigheden die sport oplevert.

Fonds waar iedereen van houdt

Volgens Compas vindt iedereen Nederlandse kinderen laten sporten, zingen en dansen een goed idee. Een fonds dat dit mogelijk maakt, is aaibaar. “Het is veel minder omstreden als bijvoorbeeld ontwikkelingshulp. Het Jeugdfonds is echt een enorm ‘feel-good’ fonds. Het is niet voor niets dat sporthelden als Marianne Vos graag aanhaken als ambassadeur. Mij gaf het ook altijd een positief gevoel.”

“Het is ook een bescheiden fonds. We fixen het gewoon en hoeven daarmee niet de hele tijd op tv ofzo. Activiteiten zijn vaak lokaal en de kinderen zijn altijd het hoofddoel – niet het fonds of de bestuurders ervan. Aaibaar én bescheiden blijven, daarin schuilt voor mij de kracht van het Jeugdfonds.” Deze ‘simpele’ formule heeft geleid tot de ondersteuning van meer dan 80.000 Nederlandse kinderen per jaar. “Geweldig toch?”

Mooiste herinnering

Als ze één herinnering moet terughalen die er in al die jaren bovenuit sprong, dan is dat de start van de Tour de France in Utrecht in 2015. “Parallel aan de startetappe had het Jeugdfonds óók een startetappe georganiseerd. Maar dan voor kinderen. Van Utrecht naar Parijs. Fantastisch was dat! Ik fietste zelf niet mee hoor, ik ben niet zo sportief. Ik roei, maar de sportieve genen hebben mijn kinderen zéker niet van mij!” 

Christa Compas is programmamanager lerende aanpak bij de Realisatie-Eenheid, een delivery unit van het ministerie van OCW. Ze buigt zich momenteel over het hardnekkige lerarentekort. Van 2013 tot en met 2024 was ze betrokken bij het Jeugdfonds Sport & Cultuur. Eerst als bestuurslid en later als lid van de Raad van Toezicht.  

>> Meer informatie over onze Raad van Toezicht

Farid Gamei is directeur van de Nederlandse Vechtsportautoriteiten sinds dit jaar toegetreden tot de Raad van Toezicht (RvT) van het Jeugdfonds Sport & Cultuur. Hij is fervent sporter en behaalde als professioneel kickbokser nationale- en internationale titels. Wat hij voor het Jeugdfonds wil betekenen? Hij hoopt de kloof tussen beleidsmakers en de doelgroep te dichten.

Je kunt gerust zeggen dat sport in Gamei’s DNA zit. Hij sport al vanaf jonge leeftijd, volgde sportopleidingen, gaf les als (kickboks)leraar, bewandelde een topsportcarrière in het kickboksen, werkte voor de Johan Cruyff Foundation en is raadslid bij  de Nederlandse Sportraad. Als kers op de taart werd hij directeur van de Nederlandse Vechtsportautoriteit. “Ik ken sport op alle niveaus: van zelf beoefenen, tot lesgeven, bestuur rondom deelname aan sport en de sportclubs van mijn kinderen,” aldus Gamei.

Discipline en respect

Als kickbokser was hij actief op het hoogste niveau en behaalde meerdere titels. Nog steeds sport hij minimaal vijf keer per week. “Als jochie heb ik ook gejudood. En ik heb een tijd lang gevoetbald. Maar ik was diegene in het team die zich echt kon irriteren als teamgenoten de avond van tevoren waren gaan stappen, als ze het niet serieus namen. Misschien heb ik me daarom vanaf mijn vijftiende volledig op het kickboksen gefocust.”

Wat sport hem heeft gebracht? “De kernwaarden van de vechtsport, dat zijn waarden waar je de rest van je leven wat aan hebt: zelfbeheersing, discipline, doorzettingsvermogen, respectvol met elkaar omgaan. Alle sporten brengen je soortgelijke waarden bij, maar in de vechtsport hebben met name discipline en respect een hele belangrijke plek.” Hij benadrukt dat je hiervoor helemaal niet op hoog niveau hoeft te sporten. Op alle niveaus brengt sport je zelfvertrouwen, sociale contacten en met name plezier!

Opgegroeid middenin de doelgroep

Naast het kickboksen op topniveau werkte Gamei als buurtsportcoördinator bij de gemeente Amsterdam en organiseerde hij sportevenementen in zijn (oude) buurt. Hij was vaak te vinden op straat en Cruyff Courts. Maar ook in zijn jongere jaren bewoog hij zich onder de doelgroep van het Jeugdfonds: “Ik ben geboren en getogen in Amsterdam Oost. De Oosterparkbuurt, de Transvaalbuurt: dat zijn bij uitstek buurten waar de doelgroep van het Jeugdfonds zit. Die ken ik dus goed vanuit mijn jeugd, maar ook van toen ik als buurtsportcoördinator werkte en les gaf op verschillende kickboksscholen. Al die scholen waren zo’n beetje aangesloten bij het Jeugdfonds.”

Levenslessen: daar heeft iederéén recht op

Eind 2024 deed zich de mogelijkheid voor om toe te treden tot de Raad van Toezicht van het Jeugdfonds Sport & Cultuur. “In al mijn hoedanigheden heb ik gezien wat meedoen aan sport voor kinderen betekent. Plezier in bewegen op jonge leeftijd zorgt er op latere leeftijd ook voor dat je graag beweegt. Daarnaast zijn er de levenslessen en de mogelijkheden die het met zich mee brengt. Ik vind dat iedereen daar recht op heeft. Het mag niet zo zijn dat omdat je ouders het niet breed hebben, jij niet mee kunt doen. Het Jeugdfonds speelt daarin een sleutelrol. Ze zitten op de goede plekken en kunnen de mensen die het nodig hebben dat zetje in de rug geven.” Via zijn nieuwe functie wil hij daar zo direct mogelijk een steentje aan bijdragen.

Van straat naar Raad

In de woorden van een goede vriend van Gamei ging hij ‘van de straat naar de Raad’. Al zijn persoonlijke en professionele ervaring neemt hij mee naar de raadstafel. “Via de RvT wil ik niet alleen toezicht houden en bestuurlijk adviseren, maar ook de doelgroep dichterbij brengen. Ik kom uit de wijken waar Jeugdfondskinderen zitten. Ik ken de doelgroep, ik voel de doelgroep. En ik zie in breder verband dat de kloof tussen bestuurders, de mensen die beleid maken en de doelgroep steeds groter wordt. Het is mijn doel om deze kloof de komende jaren een stukje kleiner te maken.”

>> Meer informatie over onze Raad van Toezicht

Foto: Henriëtte Guest

Maarten Divendal zwaait af als lid van de Raad van Toezicht 

Maarten Divendal werd in 2014 bestuurslid van het Jeugdfonds Cultuur en zwaaide eind 2024 af als lid van de Raad van Toezicht van Jeugdfonds Sport & Cultuur. Hij blikt terug op een tien jaar cultuur, welzijnswerk en jongerenparticipatie.

Divendal heeft zich altijd enthousiast ingezet voor beter jeugdbeleid. Eerst als wethouder van de gemeente Haarlem en later als burgemeester van gemeente Ronde Venen. Het was een bevriende burgemeester die hem in 2014 naar voren schoof als bestuurslid voor het Jeugdfonds. Een actie die ervoor zou zorgen dat hij maar liefst tien jaar nauw betrokken zou zijn bij de organisatie. “Hij kende mijn kende voorliefde voor je jongerendoelgroep en affiniteit met cultuur, het was een schot in de roos,” aldus Divendal.  

‘Goed’ DNA

Zomerkampen organiseren, een jeugdaccommodatie realiseren in Heemstede, kinderen betrekken bij sport: sociaal welzijnswerk zit in Divendals DNA. Hij heeft er altijd voor willen zorgen dat kinderen – met welke achtergrond dan ook – mee kunnen doen aan allerlei activiteiten. Dat ‘goed doen’ heeft hij van huis uit meegekregen en geeft hij op zijn beurt zijn twee kinderen mee. De een is leiding bij de lokale scouting, de ander helpt in de zomer maanden drie weken mee op een bootreis voor gehandicapten. “Als je het goed hebt, moet je je ook inzetten voor mensen die het niet zo goed hebben. Daar wordt onze samenleving in zijn geheel beter van.”   

Meerkrachten key

De focus op jongeren vindt hij niet meer dan logisch. Zij zijn de toekomst. “Dus die jongeren moeten de kans krijgen om zich volledig te ontplooien. Ook als er thuis financiële belemmeringen zijn.”  

Bij het wegnemen van die financiële drempel ligt de focus van het Jeugdfonds. Maar Divendal ziet dat niet als allerbelangrijkste taak: “Die drempel wegnemen is eigenlijk pas een tweede stap: je moet deze kinderen allereerst weten te bereiken. Dat doet het Jeugdfonds via Meerkrachten (voorheen intermediairs), de mensen in het veld die nauw in contact staan met kinderen. Dat heb ik altijd een ontzettend sterke aanpak gevonden.” 

Talentontwikkeling via sport én cultuur

Divendal maakte de fusie van Jeugdfonds Sport en Jeugdfonds Cultuur mee in 2018. “Dat zorgde absoluut voor een professionaliseringsslag. Maar het was sowieso goed dat de twee samengingen. In wezen gaat het er wat mij betreft om, dat kinderen ontdekken waar ze goed in zijn. In een groep, op het veld, maar misschien ben je wel meer een solist en bloei je op van de dwarsfluit. Sport of cultuur: het kan allebei net zo belangrijk zijn in de levensloop en de ontwikkeling van een kind.” Zelf fietst hij. Ook brengt hij wekelijks een bezoek aan de sportschool. Daarnaast is hij een passieve cultuurbeoefenaar en bezoekt graag het theater of de bioscoop. Hij benadrukt: “Kinderen kunnen ook cultuur tot zich nemen zónder een muziekinstrument te spelen!” 

Verbreding

Zijn periode als toezichthouder van het fonds is ten einde gekomen. Divendal hoopt dat de organisatie nog een lange staat van dienst voor zich heeft. En dat het fonds in de toekomst de blik blijft verruimen. “Naast het betalen van contributie of lesgeld, zou het ook interessant kunnen zijn om – waar je de kans krijgt – te verbreden. Vluchtelingenkinderen helpen, of kinderen met een handicap. Onder andere door samen te werken met andere organisaties, zoals nu bijvoorbeeld gebeurt met Sam&.”

Maarten Divendal is sinds 2011 burgemeester van de gemeente Ronde Venen. Van 2014 tot en met 2024 was hij betrokken bij het Jeugdfonds Sport & Cultuur. Eerst als bestuurslid en later als lid van de Raad van Toezicht. 

>> Meer informatie over onze Raad van Toezicht

Deborah Lauria nieuw lid van Raad van Toezicht 

Deborah Lauria is directeur van Ieder(in), een landelijke organisatie die de belangen behartigt van mensen met een lichamelijke handicap, verstandelijke beperking of chronisch ziekte en hun naasten. Vanaf dit jaar is ze daarnaast lid van de Raad van Toezicht van het Jeugdfonds Sport & Cultuur. Sport en cultuur hebben haar gevormd: het waren elementaire factoren in haar ontwikkeling. Dat gunt ze ieder kind.  

“Dat mensen niet mee kunnen doen aan sport en cultuur omdat ze het niet kunnen betalen, in een rijk land zoals Nederland, dat vind ik schandalig en onacceptabel,” zegt Lauria. In haar ideale wereld zou het Jeugdfonds helemaal niet bestaan. Maar nu het dat wel doet en het ook zo nodig is, draagt ze er graag haar steentje aan bij.  

Bofkont

Lauria groeide op in een dorp net buiten Rome. Haar ouders namen haar mee naar het theater, naar musea en op vakanties. “Ik besef dat ik ontzettend heb geboft in mijn leven. Meedoen aan sport en cultuur, studeren, andere culturen ontdekken: dat was als vanzelfsprekend. Tegelijkertijd waren het essentiële onderdelen van mijn ontwikkeling, het heeft mij enorm gevormd, verrijkt. Maar voor veel mensen is het helaas helemaal niet vanzelfsprekend.”

Ze is enorm gemotiveerd om iets aan de ongelijkheid in de wereld te veranderen. Niet voor niets werkte ze voor Plan Nederland, VluchtelingenWerk, Cliëntenbelang en is ze momenteel directeur van Ieder(in). Het begon toen ze tijdens haar studie Internationale Betrekkingen in Rome, keuzevakken volgde die gegeven werden door NGO’s. “Tijdens die colleges werden er allerlei thema’s behandeld. Van vluchtelingenwerk tot kinderrechten. Ze leerden me hoe het er écht met de wereld voor stond, met de mensen in deze wereld. Opkomen voor hun rechten, de verschillen die er heersen kleiner maken, dát wilde ik gaan doen.”

Cultuur vormt karakter

Cultuur proeven en ervaren – cultuur hoef je niet actief te beoefenen om erdoor te worden geraakt – maakte Lauria een completer mens. Ze is ervan overtuigd dat je door cultuurervaringen je emoties leert kennen, je emoties leert uitdrukken, je plezier kunt beleven en je gesteund kunt voelen op moeilijke momenten. “Daarnaast draagt actieve cultuur- en sportbeoefening bij aan je sociale vaardigheden. Je leert het belang van op tijd komen, van óók gaan als het regent, spelen in een team, een stukje discipline en het samendoen: het vormt karakter!”

Haar eigen kinderen mochten vanálles proberen. Als ze het jaar maar afmaakten. Hockey, turnen, voetbal, drummen, zang: alles passeerde de revue. “De een streeft nu een professionele carrière in de muziek na en componeert haar eigen muziek. De ander zingt prachtig en danst graag, maar als hobby. Ze zijn totaal verschillend, maar voor allebei vormen sport en cultuur een belangrijk onderdeel van hun ontwikkeling. Net als voor mijzelf. Dat gun ik alle kinderen – ook als de financiële situatie thuis het niet toelaat, moeten sport en cultuur toegankelijk zijn.”

Kansengelijkheid bevorderen

“Nederland heeft zoveel geld, mogelijkheden, sportvoorzieningen… Het feit dat mensen daar niet van kunnen meegenieten, is echt een probleem voor de hele maatschappij! Als gelijke kansen niet bestaan, is dat voor iedereen slecht, niet alleen voor de mensen die het rechtstreeks betreft. Armoede en ongelijkheid betekenen uiteindelijk hogere kosten voor iedereen – in de zorg, in de vorm van uitkeringen, et cetera. Bovendien is een samenleving waarin zich een steeds grotere kloof vormt, een ontwrichte en ontevreden samenleving, die ver van optimaal functioneert.”  

Via de Raad van Toezicht van het Jeugdfonds Sport & Cultuur hoopt ze eraan bij te dragen, dat simpelweg nog meer kinderen worden bereikt. “Nu bereiken we ongeveer de helft van de kinderen die onze hulp kunnen gebruiken. Ik wil íedereen die het nodig heeft kunnen bereiken. Daarbij zullen we altijd moeten dealen met de politieke wind die er waait: daar zijn we als Raad van Toezicht alert op. Maar we gaan er linksom of rechtsom voor zorgen dat het bereik minimaal op peil blijft.”  

>> Meer informatie over onze Raad van Toezicht

Met trots stellen we Nathan Stukker voor als de nieuwe voorzitter van het bestuur van Jeugdfonds Sport & Cultuur Gelderland. Nathan, die met zijn vrouw en drie kinderen inwoner is van het prachtige Apeldoorn, heeft een rijke achtergrond als wethouder en werkt nu aan maatschappelijke vraagstukken via adviesbureau BMC. Maar wie is deze man die zich zo enthousiast inzet voor de ontwikkeling van kinderen?

Sport en Cultuur: De passies van Nathan

Nathan is niet alleen een bestuurder; hij is ook een gepassioneerde sporter. “Ik fiets graag over de Veluwe en langs de IJssel, en loop soms hard,” vertelt hij. Daarnaast is hij actief als voetbaltrainer van zijn zoon’s team. Voor Nathan is sport en cultuur niet slechts een hobby; het is een essentieel onderdeel van een gezond en gelukkig leven.

Waarom Nathan zich inzet voor het Jeugdfonds

Voor Nathan is de motivatie om zich in te zetten voor het Jeugdfonds helder: “Sport en cultuur is ontzettend belangrijk voor de ontwikkeling van kinderen. Het bevordert niet alleen hun gezondheid, maar ook sociale contacten, en plezier.” Hij wil dat ieder kind deze waardevolle ervaringen kan opdoen, ongeacht hun achtergrond.

Een hechte club binnen het bestuur

Nathan heeft al een positieve indruk van het bestuur. “We hebben een geweldig team waarin iedereen dezelfde intrinsieke motivatie deelt. Het voelt goed om samen te werken aan ons doel: zoveel mogelijk kinderen bereiken,” aldus de nieuwe voorzitter. Het enthousiasme in de vergaderingen is aanstekelijk en geeft hem veel energie.

Samenwerken met lokale gemeenschappen

Een belangrijk aspect van Nathan’s visie is de samenwerking met lokale gemeenschappen en organisaties. “Het Jeugdfonds moet goed weten wat er speelt in de gemeenten. Korte lijnen zijn essentieel,” zegt hij. Hij benadrukt dat zowel het bestuur als de adviseurs en meerkrachten (voorheen intermediairs) een rol spelen in het onderhouden van deze contacten.

Een boodschap voor de kinderen en jongeren in Gelderland

Als Nathan één boodschap zou kunnen overbrengen aan de kinderen en jongeren in Gelderland, dan is het: “Vind de ruimte om te ontdekken wat bij jou past, zowel in sport als cultuur.” Hij hoopt dat alle kinderen deze kans aangrijpen om hun passie te ontwikkelen.

Drempels verlagen voor een toegankelijke toekomst

Met zijn visie op de toekomst wil Nathan de drempels voor ouders en kinderen verlagen. ‘’Uiteindelijk is onze doelstelling om drempels voor ouders en kinderen weg te nemen, zodat ze op een bij hun passende wijze kunnen deelnemen aan sport en cultuur. Dat moet altijd centraal staan; ook in onze samenwerking met partners en andere betrokken organisaties.’’ concludeert hij.

Met Nathan Stukker aan het roer belooft het Jeugdfonds Sport & Cultuur Gelderland een toekomst vol kansen en mogelijkheden voor alle kinderen in de regio.

Jack Opgenoord is één van de oprichters van het Jeugdsportfonds Limburg (de voorloper van het huidige Jeugdfonds Sport & Cultuur Limburg). Eind dit jaar draagt hij het stokje over. “Het 20 jarig bestaan van het Jeugdfonds is een goed moment daarvoor. Onze huidige coördinator Kim Wijnants gaat als manager een groot deel van mijn taken overnemen, samen met het bestuur. De organisatie staat als een huis en ik kan met een gerust hart en voldaan gevoel afscheid nemen van een professionele organisatie met veel vrijwilligers die in de toekomst in staat is om nóg meer kinderen in Limburg te bereiken. Ik dank dan ook iedereen voor het vertrouwen en steun in de afgelopen jaren.” Hij blikt – voor de laatste keer – terug op 20 jaar Jeugdfonds Sport & Cultuur Limburg.

 

Wat was jouw motivatie om bij te dragen aan de oprichting van – destijds – het Jeugdsportfonds Limburg?

“Sport heeft mij persoonlijk veel gebracht. Mijn hele leven ben ik werkzaam geweest in de sport: als sportfysiotherapeut bij dameshandbal Swift en bij Fortuna Sittard, als docent sportfysiotherapie in Papendal, als directeur van Fortuna Sittard en van Huis voor de Sport. Daarnaast is sporten leuk om naar te kijken maar vooral fantastisch om zelf te doen. Sport verbindt en leert je spelenderwijs normen en waarden. Door samen te sporten, ontdek je nieuwe netwerken en ontmoet je nieuwe vrienden. Dat gun je elk kind. Te weinig geld mag dan ook nooit een belemmering zijn om een kind figuurlijk aan de zijlijn te laten staan. Elk kind in Limburg moet kunnen MEEDOEN aan sport en cultuur. Dat is en was mijn drijfveer om 20 jaar geleden samen met Joep Verbugt (voormalig bestuursvoorzitter Bureau Jeugdzorg), Huub Stevens (voormalig voetbaltrainer) en Frans Groutars (voormalig notaris) het ‘Jeugdsportfonds Limburg’ op te richten.”

Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen in 20 jaar Jeugdfonds Sport & Cultuur Limburg?

“De zogenaamde landelijke Klijnsma-gelden van het ministerie van SZW in 2017 hebben ervoor gezorgd dat gemeenten structureel middelen ter beschikking krijgen voor onder meer het Jeugdfonds Sport & Cultuur. De fusie tussen Jeugdfonds Sport Limburg en Jeugdfonds Cultuur Limburg in 2023 tot het Jeugdfonds Sport & Cultuur Limburg was een belangrijke zet om krachten te bundelen en kostenefficiënter te werken.”

Waarop ben jij persoonlijk het meest trots, terugkijkend op ‘jouw’ 20 jaar?

“In 2006 heeft de toenmalige gedeputeerde Odile Wolfs een jaarlijkse subsidie verstrekt als cofinanciering om gemeenten te stimuleren partner te worden van het Jeugdsportfonds Limburg. Daarnaast heeft supermarktketen Jan Linders bij de opening van hun toenmalige Warehouse een bedrag van € 85.000 geschonken aan het fonds. Hiermee werd de basis gelegd van het huidige Jeugdfonds Sport & Cultuur.

Ook ben ik ontzettend trots op de steun de afgelopen jaren van alle bestuursleden, vrijwilligers, intermediairs, al onze ambassadeurs – Bert van Marwijk, Sjeng Schalken, Emma Kok, Luuk Hoiting en Nils Röseler -, het bedrijfsleven en andere donateurs. In de afgelopen 20 jaar hebben we als Jeugdfonds Limburg ruim 66.000 kinderen kunnen ondersteunen. Dat zijn nu jaarlijks circa 6.800 kinderen. Het zou niet mogen in een welvarend land als Nederland maar ik ben blij dat we een steentje kunnen bijdragen. We lossen de armoede niet op maar kunnen wel ondersteunen om kinderen te laten MEEDOEN.”

Wat is volgens jou nodig om in de toekomst álle kinderen te bereiken en te kunnen laten meedoen?

“In Limburg wonen meer dan 20.000 kinderen die leven in gezinnen met te weinig geld. Hiervan worden slechts 7.000 tot 9.000 kinderen bereikt. Alleen door intensieve samenwerking met andere kindpartners zoals de stichtingen Leergeld, Jeugdeducatiefonds, Nationaal Fonds Kinderhulp en Jarige Job, zijn we in staat om nog meer kinderen te bereiken. Wij als Jeugdfonds Sport & Cultuur gaan vooral inzetten op het onderwijs. Meeliften op de ontwikkeling van School en Omgeving met de verlengde schooldag. Op school kunnen namelijk alle kinderen kennismaken met sport en cultuur. We moeten hier een netwerk bouwen, samen met de schoolcoördinatoren en brugfunctionarissen, om kinderen te begeleiden naar anders (on)georganiseerde sport- en cultuuraanbieders en -activiteiten. Alleen door samenwerken en het volgen van ontwikkelingen zetten we een stap in de goede richting om álle kinderen het plezier van sport en cultuur te laten beleven of een zwemdiploma te laten behalen.”

Stichting Leergeld en het Jeugdfonds Sport & Cultuur helpen kinderen die in armoede leven zodat zij net als hun leeftijdsgenoten mee kunnen doen aan sport, culturele activiteiten of activiteiten van school. Het Jeugdfonds Sport & Cultuur Gelderland ging in gesprek met Tanja van Driel (sociaal werker bij Putten voor elkaar / Gemeente Putten en intermediair bij het Jeugdfonds) en Heleen Remijn (coördinator bij Stichting Leergeld Randmeren) over raakvlakken en wensen voor de toekomst.

Wie ben je en wat doe je?

Tanja: ‘’Ik ben sociaal werker bij Putten voor Elkaar en vanuit deze rol ook intermediair bij het Jeugdfonds Sport & Cultuur. Putten voor elkaar is de organisatie voor sociaal werk in Putten. Mijn werkgebieden zijn onder andere het vergroten van basisvaardigheden (taal, rekenen, digitale vaardigheden), het bestrijden van armoede en het organiseren van bijeenkomsten over zingevingsvragen. Vanuit deze functie sluit mijn rol als intermediair bij het Jeugdfonds perfect aan.’’

Heleen: ‘’Ik ben coördinator voor de Stichting Leergeld Randmeren in Putten. Samen met drie intermediairs zijn wij actief in Putten voor kinderen tussen 4 en 17 jaar die het thuis financieel moeilijk hebben.’’

Waar staat jullie stichting en fonds voor?

Tanja: ‘’Wij zorgen ervoor dat inwoners kunnen (blijven) meedoen in de Puttense samenleving. De gemeente Putten wil graag dat alle inwoners van Putten actief (kunnen) meedoen in de gemeente. En dat zij, wanneer nodig, snel en adequaat de juiste ondersteuning krijgen. Uit deze wens is Putten voor Elkaar ontstaan. Vanuit deze rol ben ik ook intermediair bij het Jeugdfonds Sport en Cultuur Gelderland en maken zij het mogelijk dat kinderen en jongeren uit gezinnen met weinig geld, toch mee kunnen doen aan een sport- of cultuuractiviteit. ’’

Heleen: ‘’Stichting Leergeld helpt gezinnen met geldzorgen in Nederland. Onze stichting zorgt ervoor dat deze kinderen dezelfde kansen hebben als leeftijdsgenoten. Zo helpen wij bijvoorbeeld met schoolspullen, een laptop, zwemles of een fiets. Meedoen via Leergeld kan op vier verschillende gebieden: onderwijs, sport, cultuur of welzijn.’’

Is er weleens sprake van wrijving omdat jullie allebei dezelfde doelgroep ondersteunen?

Tanja: ‘’Nee, wij vullen elkaar aan en hebben een hele goede samenwerking. We trekken samen op in promotie acties en denken met elkaar mee over aanvragen die binnenkomen. Daarnaast zijn alle kinderen uit het Jeugdfonds dossier van mij die nog geen 18 waren over gestapt naar Sam&, zij worden nu door Stichting Leergeld Randmeren Putten geholpen.’’

Heleen: ‘’Het mooie van de samenwerking met het Jeugdfonds Sport & Cultuur Gelderland is dat wij elkaar versterken in onze kennis en mogelijkheden. Waar het Jeugdfonds financiële mogelijkheden geeft aan kinderen om te sporten kan Leergeld net dat extraatje bieden door de benodigde sportattributen of kleding te betalen. Of als het Jeugdfonds de gitaarlessen betaalt voor een kind dan kan Leergeld de gitaar betalen, zodat het kind ook fijn thuis kan oefenen.’’

Heb je een mooi voorbeeld van de samenwerking/raakvlakken tussen Jeugdfonds Sport & Cultuur en Stichting Leergeld?

Tanja: ‘’We maken samen PR en bedenken regelmatig nieuwe acties. Vorig jaar heeft Putten voor Elkaar een verplaatsbaar reclamebord aangeschaft. We zijn aan de slag gegaan om A1 formaat posters te ontwerpen met de backoffice van Sam&. Het bord heeft al bij lokale sportverenigingen en een kringloop winkel gestaan en in mei ’24 is hij een maand in een andere kringloopwinkel te zien. Een vrijwilliger van Stichting Leergeld zorgt er steeds voor dat het bord van A naar B komt.’’

Heleen: ‘’Het is heel bijzonder om samen met Tanja te ontdekken dat er heel veel mogelijkheden zijn om onze krachten te bundelen en dat komt goed tot zijn recht in het feit dat Sam& ook in Putten vaste grond heeft gekregen. Zo kunnen we gezinnen die het nodig hebben nog beter helpen en in contact brengen met de juiste hulp wat Putten te bieden heeft.’’

Wat hoop jij in jouw gemeente nog te bereiken met de inzet van het Jeugdfonds/Stichting Leergeld?

Tanja: ‘’Dat mensen gewoon een aanvraag doen als zij hier recht op hebben. We merken dat mensen het toch nog een grote stap vinden om een aanvraag te doen.’’

Heleen: ‘’Wij hopen dat Stichting Leergeld en Jeugdfonds Sport & Cultuur samen nog meer kinderen kunnen helpen om zo een stukje te kunnen bijdragen aan de gezonde ontwikkeling van kinderen, zeker diegenen die het thuis moeilijk hebben. En dat ouders die het nodig hebben ons nog beter weten te vinden.’’

Wat zijn jullie wensen voor de toekomst?

Tanja: We hadden de wens dat jongeren die 18 jaar worden door konden gaan met de activiteiten die zij konden doen dankzij de fondsen. Sinds dit jaar januari is er nu ook het Volwassenenfonds in Putten. Hierdoor kunnen jongeren van 18 jaar en ouder blijven sporten of hun cultuurlessen blijven volgen, want armoede stopt helaas niet na je 18e verjaardag.

Heleen: ‘’Wij denken dat de sportverenigingen in Putten zeker ook een actieve bijdrage kunnen leveren bij het aanreiken van kinderen die in aanmerking kunnen komen voor ondersteuning van Stichting Leergeld en het Jeugdfonds. Dus een mooie wens voor de toekomst zou zijn om hen nog beter te bereiken, zodat we meer kinderen kunnen bereiken en zorgen dat al deze kinderen kunnen blijven meedoen.’’

 

Petra Bosman is per 1 april 2023 de nieuwe directeur van het Jeugdfonds Sport & Cultuur. Ze gaf ruim 25 jaar met veel plezier leiding bij het Politiedienstencentrum dat de bedrijfsvoering verzorgt voor de politie in heel Nederland. Toch koos ze ervoor te solliciteren bij het Jeugdfonds. “Soms komt er een kans voorbij die je aan het denken zet. De kans om leiding te mogen geven aan het Jeugdfonds, is er zo een.”

Directeur Petra Bosman - 'Het Jeugdfonds ligt me na aan het hart'Petra: “In Nederland is veel ongelijkheid, zoals onlangs werd bevestigd in een onderzoek van het Centraal Planbureau. Volgens het CPB leven in 2024 bijna één miljoen mensen onder de armoedegrens en dit heeft enorme impact op honderdduizenden kinderen en jongeren. Ouders worden mogelijk genoodzaakt om te bezuinigen op de voetbalclub, turn- of dansles voor hun kinderen. Dat maakt ons werk alleen maar relevanter want het Jeugdfonds kan de sport en cultuur toegankelijk houden en maken voor kinderen.” 

Kinderen leren veel op de club

Een politievrouw als nieuwe directeur van het fonds. Dat lijkt niet erg voor de hand liggend. “Dat is ook zo,” lacht Petra. “Maar als je er wat langer over nadenkt zijn er wel degelijk parallellen met mijn huidige functie. Ik ben me als geen ander bewust van de tegenstellingen in de samenleving. Een bepalend moment was voor mij eind jaren ’90 toen de toenmalige voorzitter van de KNVB bij een bezoek aan de politie ons voorrekende hoeveel kinderen op woensdagmiddag op het voetbalveld staan. En dat als die kinderen op het veld staan, ze niet ergens anders staan. Ze zijn op hun club waar ze, naast hun sport, van alles leren over gedrag en wat het betekent om een teamspeler te zijn. Toen is bij mij eigenlijk het zaadje geplant hoe belangrijk het is dat kinderen ergens bij horen en zich ontwikkelen in plaats van zich te vervelen of rond te hangen op plekken die misschien niet oké zijn.”

Verankering in de samenleving

Een andere parallel tussen Petra’s huidige en nieuwe functie is dat het Politiedienstencentrum waar ze werkte, ook werkt in en voor de politie in het hele land. Net als het landelijk bureau voor de fondsen en kinderen in het hele land werkt. Denkt ze baat te hebben bij die ervaring? “Getalsmatig lever ik 65.000 collega’s in voor 65.000 kinderen,” zegt Petra. “Maar het gaat natuurlijk veel verder dan dat. Het Politiedienstencentrum maakt goed politiewerk mogelijk. Wij regelen eigenlijk alles: van de ICT tot de huisvesting. Het is een faciliterende rol. Dat is ook de rol die het landelijk bureau heeft ten opzichte van de fondsen in het land. De lokale fondsen weten gewoon het beste wat er speelt in hun eigen gebied, net als bij de politie. Die lokale verankering in de samenleving is zo belangrijk, dichtbij, daar waar het gebeurt!

Super relevant

Sport en cultuur zijn belangrijk voor kinderen. Toch zien we vaak dat het accent vooral op de sport ligt. Hoe ziet Petra dat? “Een kind moet zijn of haar passie kunnen volgen, of dat nou muziek maken is of voetballen. Jezelf ontwikkelen door iets te doen wat je leuk vindt, is super relevant. Kinderen kennis laten maken met theater of muziek, dat kost geld. Gezinnen uit onze doelgroep komen er dus minder vanzelfsprekend mee in aanraking dan kinderen op een trapveldje in de buurt.. Bovendien is het culturele landschap versnipperd, er zijn geen bonden zoals in de sport. Dat maakt het ingewikkelder, daar moeten we goed naar kijken.

Ik heb thuis zelf de kans gekregen en ben altijd gestimuleerd om te sporten en piano te spelen. Ook theaterbezoek stond regelmatig op het programma. Voor onze zonen geldt hetzelfde; de een voetbalt op hoog niveau, de ander in een vriendenteam. Dat maakt niet uit. Het gaat om plezier, bewegen, meedoen. Nu ze bijna volwassen zijn, vervullen zij op de voetbalclub op hun beurt weer een andere rol. De een traint de kleintjes, de ander spekt de clubkas. Het verenigingsleven, die betrokkenheid bij de samenleving is zo belangrijk.”

Dienend en faciliterend

Staan er al dingen op Petra’s to do lijstje waar ze als eerste mee aan de slag wil als directeur van het Jeugdfonds? “Ik wil in het begin vooral kennismaken en goed luisteren naar iedereen, zowel op het landelijk bureau als naar de coördinatoren en besturen in het land. Ik beschouw mezelf als een dienend en faciliterend leider. Ik geef mensen ruimte en kijk waar ik van toegevoegde waarde kan zijn.

Wat mij puzzelt is de delta tussen de financiële positie van het Jeugdfonds en de groep kinderen die het fonds in potentie zou kunnen helpen. Hoe kunnen we die kinderen bereiken vanuit een reële ambitie? Wat me opvalt is dat er heel veel spelers op hetzelfde maatschappelijke speelveld staan met allemaal hetzelfde belang: kinderen helpen. Hoe kun je elkaar versterken zonder het gevoel te hebben dat je elkaar beconcurreert, dat vind ik een boeiend vraagstuk. Uiteindelijk gaat het erom dat we er samen voor zorgen dat alle kinderen mee kunnen doen. Het Jeugdfonds is echt een organisatie die me na aan het hart ligt. Ik kijk er enorm naar uit samen aan de slag te gaan. Ik heb er ontzettend veel zin in!”

Vijf donderdagen. Vijf verschillende activiteiten. Vijf keer te gast op het Cruyff Court in Rotterdam. Coördinator Iebèl Vlieg: “Een perfecte combinatie. De veldjes liggen er al. De kinderen weten ze te vinden. Nu kunnen ze in plaats van de bal hooghouden gratis kennismaken met muziek, dans, mode of bouwen. Dit jaar hebben we een mavo 3 klas de organisatie laten doen. Een win-win situatie.”

Rotterdam. Een stad met veel armoede. De schattingen lopen uiteen maar 1 op de 4 à 5 kinderen in deze stad groeit op in een gezin waar financiële problemen zijn. “Dat zijn er veel. Ik denk dat er in Rotterdam bijna 40.000 kinderen geen mogelijkheid hebben om na school iets te ondernemen. Lid worden van een club bijvoorbeeld is voor hen te duur. Terwijl dat toch zo belangrijk is. Naast school en het gezin moet er eigenlijk een plek zijn waar het kind zich op een andere manier kan ontwikkelen. Kennis kan maken met een ‘andere wereld’. Kan ontspannen, nieuwe vaardigheden aanleren, maar ook nieuwe mensen ontmoeten en de zorgen van thuis even kan vergeten. Het kan ook de weerbaarheid vergroten en bijdragen aan het zelfvertrouwen van kinderen en dat is altijd welkom. Vaak is armoede geen op zichzelf staand probleem. Het is complex en grijpt diep in op allerlei aspecten in het leven van een kind. Het is een verzameling uitdagingen waar zij het hoofd aan moeten bieden. Dan juist is sport en cultuur een manier om te groeien en te ontspannen.”

Samenwerken is win-win

Iebèl Vlieg organiseerde al twee keer eerder de activiteit Cultuur@CruyffCourts in Rotterdam. “Dit jaar hebben we het anders aangepakt. We gingen een samenwerking aan met het Kenniscentrum Cultuureducatie en met een school hier in de buurt; vakcollege De Hef. Docenten van deze mavo-school hebben het project geïntegreerd in hun lesprogramma en de leerlingen aan het werk gezet om dit jaar alles te bedenken en te organiseren. Een hele klus! Deze scholieren zijn 14-15 jaar oud en hebben natuurlijk nog niet al te veel ervaring. Het was fantastisch om te zien hoe zij het aangepakt hebben. Natuurlijk was er best veel begeleiding nodig, maar met z’n allen hebben we een prachtig programma neergezet.”

Een interessant experiment

Op 2 juni was de aftrap. Vanaf die datum konden kinderen vijf weken lang op donderdagmiddag gratis meedoen aan de leukste cultuuractiviteiten op het Cruyff Court. Freestyle voetballer Nasser El Jackson opende het seizoen. Ook was er een DJ aanwezig. Vijf weken lang kwamen er ongeveer 100 kinderen van diverse Rotterdamse basisscholen uit de buurt meedoen met verschillende activiteiten. Deze workshops werden begeleid door professionals. Na schooltijd zijn alle kinderen uit de wijk welkom om gratis mee te dansen, te drummen of T-shirts te verven. Iebèl Vlieg: “Het programma is samengesteld na onderzoek door de leerlingen van De Hef. Zij brachten de wijk in kaart, spraken met kinderen, zochten naar aanbod in de buurt en maakten zo het programma. Ook gingen ze aan de slag met onderwerpen als productie en publiciteit.

Dit was een interessant experiment. Jongeren kregen zo de kans te leren over de rol van kunst en cultuur in de maatschappij. Wat biedt de wijk, wat hebben de verschillende doelgroepen nodig en welk aanbod sluit hierop aan? En hoe realiseer je dit met een beperkt budget? En voor de deelnemende kinderen uit de wijk is het een mooie gelegenheid om gratis kennis te maken met culturele activiteiten. Ervaren hoe het is om samen met anderen muziek te maken, te bouwen of kleding op te pimpen. En hopelijk boort het iets aan. Een nieuwe hobby kan zo geboren worden. En als het kind dan daarna lid wil worden van een club, kunnen wij daarbij helpen.”

Alles aan elkaar knopen

“Wat ik merk is dat iedereen graag wil. Allerlei organisaties in Rotterdam zijn betrokken”, vertelt Iebèl Vlieg. “Mijn rol is om iedereen met elkaar te verbinden en de lijnen kort te maken. We hebben vaak hetzelfde doel, dus laten we gezamenlijk optrekken. Het is lastig om direct de kinderen of hun ouders te bereiken en ze bekend te maken met het Jeugdfonds. Maar juist de intermediairs: de leraren, de buurtcoaches, de welzijnswerkers moeten ons blindelings weten te vinden. Zij hebben contact met de gezinnen waarvoor we iets kunnen betekenen. En deze activiteit, Cultuur@CruyffCourts, zet ons werk weer even in de schijnwerpers. Zo laten we weer even zien dat cultuur voor iedereen is!”

 

Dit bericht op Instagram bekijken

 

Een bericht gedeeld door Jeugdfonds Sport & Cultuur R’dam (@jfscrotterdam)

 

Meer over Cultuur@CruyffCourts

Margriet Gersie is 69 jaar, komt uit Amsterdam en heeft twee kinderen en twee kleinkinderen. Margriet houdt van wandelen, fietsen, lezen en film- en theaterbezoek. Naast het bestuurswerk bij het Jeugdfonds Sport & Cultuur, zit zij ook in het bestuur van het centrum van Kunst en Cultuur in Zoetermeer en in het bestuur van de VVE, de vereniging van eigenaren van het appartementencomplex in Oud Zuid, waar zij woonachtig is. Deze maand vieren wij dat Margriet Gersie 10 jaar bestuurslid is bij het fonds in Zuid-Holland. Wij spraken haar over het verleden, het heden en de toekomst.

Margriet Gersie samen met medebestuurslid Jan Waaijer

Verleden

Toen Margriet begon bestond alleen het Jeugsportfonds. De doelstelling was om kinderen te helpen wanneer er thuis te weinig geld was om te gaan sporten. Het fonds betaalde voor de deelname aan de vereniging en de sportkleding. In die periode was er een kabinet waar Achmed Aboutaleb, nu burgemeester van Rotterdam, staatsecretaris van sociale zaken was. Hij heeft toen de Aboutalebgelden beschikbaar gesteld wat voor kinderen die in armoede leefden bestemd was. Hierdoor is het Jeugdcultuurfonds in beeld gekomen. Naar voorbeeld van het Jeugdsportfonds zou er een fonds moeten komen om cultuur te vergoeden. Margriet was in die tijd directrice van Kunstgebouw, een provinciale instelling in Zuid-Holland voor kunst en cultuur en haar is toen gevraagd of zij bestuurslid wilde worden van het nieuwe Jeugdcultuurfonds. Gelijk werd al besloten dat het bestuur voor het Jeugdsportfonds en het Jeugdcultuurfonds hetzelfde zou moeten zijn. Het bestuur was hetzelfde maar het bleven twee aparte fondsen. In de loop der jaren werden de fondsen steeds professioneler en ontstond het idee om de twee fondsen samen te gaan voegen. Dat is ook zo uitgevoerd en omdat er één bestuur was ging dit voorspoedig.

Het heden

Het verschil tussen de mensen die het goed en die het slecht hebben wordt steeds groter, aldus Margriet. Het besef dat je daar iets aan moet doen en dat je niet van mensen mag verwachten dat zij alles zelf oplossen wordt steeds groter en dat is volgens Margriet één grote reden waarom het fonds nog erg belangrijk is. De tweede reden is, dat het super belangrijk is om mee te kunnen doen. Er kan niet verwacht worden dat mensen meedoen als ze niet mee kunnen doen. De afgelopen periode is het besef dat kinderen mee moeten doen veel groter geworden. Voor de ontwikkeling van een kind is meedoen en vooral het mee kunnen doen een cruciaal punt. Inmiddels zorgt het Jeugdfonds Sport & Cultuur Zuid-Holland ervoor dat er in onder andere 23 aangesloten gemeenten kinderen de kans krijgen om mee te kunnen doen.

Margriet zegt het wel lastig te vinden dat er elke keer gevraagd moet worden om geld en zij zou graag zien dat er meer gedaan wordt aan armoedebestrijding. Nu betreft het iedere keer losse gelden, waar iedereen natuurlijk erg blij mee is, maar het is echter wel zo dat deze verschillende plukjes met geld extra werk opleveren. De aanvraag, evaluatie, verantwoording van al deze kleine plukjes, zorgt ervoor dat er minder tijd is om te focussen op bijvoorbeeld het bereiken van de kinderen.

De toekomst

Bij het fonds wordt ieder jaar geprobeerd om realistische doelstellingen op te stellen. Er zijn bepaalde gemeenten die zelf al iets doen om kinderen te helpen. Het aantal aan nieuwe gemeenten welke nog aan zouden sluiten is niet heel erg groot meer. Daarom is het voor het fonds belangrijk om binnen de 23 gemeenten waar we al aangesloten zijn, nog meer kinderen te bereiken door bijvoorbeeld meer intermediairs aan het fonds te koppelen of meer activiteiten te organiseren. Het fonds streeft ernaar om zoveel mogelijk kinderen te bereiken.

Taart bij de bestuursvergadering op 29 maart

Verder is het volgens Margriet interessant om te kijken naar scholen. Scholen zijn een goede vindplek, leerkrachten kennen alle kinderen en weten vaak ook van de thuissituaties. Het zou prachtig zijn om in de aangesloten gemeenten op iedere school contacten te hebben die zich bezig houden met aanvragen voor kinderen.

Op persoonlijk vlak is Margriet vooral blij dat alles weer mag en dat iedereen weer overal naartoe kan. In de Corona tijd was het af en toe lastig om bijvoorbeeld haar kleinkinderen te zien, maar gelukkig gaat dit nu weer een stuk makkelijker. Verder vindt Margriet het super leuk om in de besturen te fungeren waar zij nu zit en probeert zij vooral lekker te genieten.  “Ik hou tijd over, dat is  wel leuk aan je pensioen, je mag alles zelf bedenken.”

 

Wist je dat?

kinderen en jongeren werden in 2024 via ons lid van een club.

kinderen en jongeren werden in 2024 via ons lid van een sportclub.

kinderen en jongeren werden in 2024 via ons lid van een cultuurclub.

uitgegeven sport- en cultuurattributen in 2024.